Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 juli 2018 in de zaak tussen
[eiser], eiser, V-nummer [V-nummer]
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 16 juli 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een Indiase dakdekker, en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning regulier voor bepaalde tijd met de beperking 'arbeid als zelfstandige', welke door de Staatssecretaris was afgewezen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Staatssecretaris terecht heeft geoordeeld dat eiser niet voldoende heeft aangetoond dat hij uit zijn werkzaamheden als dakdekker zelfstandig en duurzaam voldoende middelen van bestaan verwerft. De rechtbank heeft daarbij gewezen op het ontbreken van offertes, overeenkomsten van opdracht en andere relevante documenten die een zelfstandige zou moeten overleggen. Eiser had weliswaar enkele facturen en een ondernemingsplan overgelegd, maar deze waren onvoldoende om aan te tonen dat hij als zelfstandige kon worden aangemerkt. De rechtbank oordeelde dat de afwijzing van de aanvraag terecht was en verklaarde het beroep van eiser ongegrond. De uitspraak benadrukt het belang van het zelfstandig ondernemerschap en de noodzaak om relevante bewijsstukken te overleggen bij aanvragen voor verblijfsvergunningen.