Op 6 juli 2018 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende de echtscheiding van partijen, die op [huwelijksdatum] te [huwelijksplaats] zijn gehuwd. De man heeft verzocht om echtscheiding en om vaststelling van de partneralimentatie, terwijl de vrouw zelfstandig om echtscheiding heeft verzocht. De rechtbank heeft vastgesteld dat het huwelijk duurzaam is ontwricht en heeft de echtscheiding uitgesproken. De man heeft een verzoek ingediend tot vaststelling van de partneralimentatie op € 2.903,- per maand, terwijl de vrouw een lagere behoefte heeft gesteld van € 3.104,- netto per maand. De rechtbank heeft de huwelijksgerelateerde behoefte van de vrouw vastgesteld op € 3.104,- netto per maand, rekening houdend met de hofnorm en de financiële situatie van beide partijen. De man heeft een netto besteedbaar inkomen van € 4.229,- per maand, waaruit de rechtbank heeft geconcludeerd dat een partneralimentatie van € 2.515,- per maand redelijk is. Daarnaast is de verdeling van de huwelijksgemeenschap vastgesteld, waarbij de vrouw de auto en inboedel toebedeeld krijgt, onder de verplichting om € 1.000,- aan de man te betalen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.