Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting.
(pro forma)en 18 juni 2018
(inhoudelijk).
2.De tenlastelegging.
één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 07 januari 2016 tot en met 09 januari 2016te ’s-Gravenhage tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning ( [adres] ) weg te nemen goederen en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders en zich daarbij de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goederen en/of geld onder zijn/haar/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, doordat hij en/of zijn mededaders een voorwerp tussen de sluitna(a)d(en) van het/de ra(a)m(en) heeft/hebben gestoken en/of het/de ra(a)m(en) heeft/hebben geopend, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en/of televisie en/of een videocamcorder en/of een geldbedrag en/of een sleutel en/of een horloges en/of een telefoon, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 4] , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht door braak, verbreking en/of inklimming, te weten door de schuifpui te verbreken en/of forceren;
en/of door tegen de deur te trappen/schoppen waardoor de deur is opengebroken;
3.Bewijsoverwegingen.
- feit 1 subsidiair: medeplichtigheid;
- feit 2 primair: medeplegen;
- feit 3 primair: medeplegen;
- feit 4: medeplegen;
- feit 5: medeplegen;
- feit 6: medeplegen;
- feit 7: medeplegen;
- feit 8 subsidiair: medeplichtigheid.
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde.
5.De strafbaarheid van verdachte.
6.De strafoplegging.
7.De vordering van de benadeelde partij / de schadevergoedingsmaatregel.
8.De toepasselijke wetsartikelen.
9.De beslissing.
12 (TWAALF) MAANDEN;
groot 6 (ZES) MAANDEN, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op twee jaren vastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
240 (TWEEHONDERDVEERTIG) UREN;
120 (HONDERDTWINTIG) DAGEN;