ECLI:NL:RBDHA:2018:7540
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag Ziektewetuitkering wegens onvoldoende medische onderbouwing van klachten
Op 25 juni 2018 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. K. Bingöl, en de Raad van Bestuur van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen, vertegenwoordigd door J. van Riet. Eiseres had een aanvraag ingediend voor een Ziektewetuitkering per 7 juni 2017, welke door verweerder op 10 juli 2017 werd afgewezen. Eiseres stelde dat haar klachten, waaronder stemklachten, psychische klachten en lichamelijke klachten als gevolg van een navelbreuk, waren onderschat en dat zij niet in staat was om de eerder geduide functies te verrichten. De rechtbank oordeelde dat de besluiten van verweerder, gebaseerd op rapporten van verzekeringsartsen, zorgvuldig tot stand waren gekomen en dat er geen objectieve medische informatie was overgelegd die de toegenomen klachten kon onderbouwen. De rechtbank concludeerde dat eiseres op de datum in geding in staat was om de eerder geduide functies te verrichten en verklaarde het beroep ongegrond. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.