ECLI:NL:RBDHA:2018:5830
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- W. Toekoen
- M.I.P. Buteijn
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot verblijfsvergunning
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 15 mei 2018 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielprocedure. Verzoeker, een vreemdeling, had op 7 maart 2018 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Echter, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag niet in behandeling genomen, wat heeft geleid tot het indienen van beroep door verzoeker. Tijdens de zitting op 28 maart 2018, waar verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk, is het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld. De voorzieningenrechter heeft in deze uitspraak ook verwezen naar een andere zaak, NL18.4678, waarin het beroep ongegrond is verklaard. Op basis van deze uitspraak heeft de voorzieningenrechter besloten het verzoek om een voorlopige voorziening af te wijzen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.