In deze beschikking heeft de Rechtbank Den Haag op 12 april 2018 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure tussen een vrouw en een man, die op 16 januari 2017 een verzoek tot echtscheiding indiende. De rechtbank heeft vastgesteld dat aan de wettelijke formaliteiten is voldaan en dat de duurzame ontwrichting van het huwelijk niet is bestreden. De rechtbank heeft het verzoek tot echtscheiding toegewezen en het ouderschapsplan van partijen opgenomen in de beschikking. De vrouw heeft verzocht om kinderalimentatie van € 518,- per maand per kind, terwijl de man verweer heeft gevoerd tegen de hoogte van de alimentatie en de verdeling van de huwelijksgemeenschap. De rechtbank heeft de draagkracht van beide partijen beoordeeld en vastgesteld dat de man in de periode van 1 oktober 2018 tot en met 30 april 2019 € 261,- per maand dient te betalen voor de verzorging en opvoeding van de minderjarige, en vanaf 1 mei 2019 € 387,- per maand. Daarnaast is de man veroordeeld tot het betalen van partneralimentatie van € 1.259,- per maand van 1 oktober 2018 tot en met 30 april 2019, en € 1.400,- per maand vanaf 1 mei 2019. De rechtbank heeft ook de verdeling van de ontbonden huwelijksgemeenschap vastgesteld, waarbij de echtelijke woning verkocht dient te worden en de opbrengst bij helfte tussen partijen wordt verdeeld. De man dient per saldo € 28.008,- aan de vrouw te betalen in verband met de activa van zijn eenmanszaak. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad.