Uitspraak
1.De procedure
mr. A.D. Hoogenboom zijn eveneens ter terechtzitting verschenen en gehoord.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 maart 2018 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling door verzoekster, die tevens een dwangakkoord had aangeboden aan haar schuldeisers. Verzoekster had een totale schuld van € 36.407,91 aan zes schuldeisers, waarvan de vordering van verweerster € 29.950 bedroeg. De rechtbank heeft vastgesteld dat de andere schuldeisers wel instemden met de aangeboden regeling, maar dat verweerster, die ook een persoonlijke band met verzoekster had, dit weigerde. De rechtbank heeft de belangen van beide partijen afgewogen en geconcludeerd dat verweerster in redelijkheid niet kon worden gedwongen om in te stemmen met het dwangakkoord. Belangrijke overwegingen waren de onduidelijkheid over het verblijf van verzoekster in Nederland en de vraag of het aanbod het uiterste was waartoe verzoekster financieel in staat was. De rechtbank heeft uiteindelijk het verzoek om een bevel tot instemming met het dwangakkoord afgewezen, en aangegeven dat de zaak verder zal worden beoordeeld in het kader van de wettelijke schuldsaneringsregeling.