ECLI:NL:RBDHA:2018:2300
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herziening kinderopvangtoeslag en ontvankelijkheid beroep
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 2 februari 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. G.D. Haytink, en de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres had een voorschot kinderopvangtoeslag voor het jaar 2014 ontvangen, maar dit voorschot werd door de Belastingdienst herzien tot € 0. Eiseres heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard. Vervolgens heeft eiseres beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft onderzocht of eiseres ontvankelijk is in haar beroep. Eiseres stelde dat zij de beslissing op bezwaar niet had ontvangen, maar dat haar gemachtigde na telefonisch contact met de Belastingdienst een kopie had ontvangen. De rechtbank oordeelde dat het beroep ontvankelijk was, omdat de beslissing op bezwaar niet op de juiste wijze was bekendgemaakt. De rechtbank concludeerde dat de termijn voor het indienen van het beroepschrift was aangevangen op het moment dat de gemachtigde de beslissing op bezwaar ontving.
Vervolgens heeft de rechtbank de inhoudelijke vraag beoordeeld of de Belastingdienst terecht de kinderopvangtoeslag had herzien. Eiseres diende aan te tonen dat zij de kosten van de kinderopvang had betaald. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet had aangetoond dat zij het volledige bedrag van de kinderopvangkosten had voldaan, en dat de Belastingdienst daarom terecht de toeslag op nihil had vastgesteld. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.