Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser],
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
- eerder een visum, besluit, kennisgeving of aanzegging heeft ontvangen waaruit de plicht Nederland te verlaten blijkt en hij daaraan niet uit eigen beweging binnen de daarin besloten of gestelde termijn gevolg heeft gegeven;
- tot ongewenst vreemdeling is verklaard als bedoeld in artikel 67 van de Wet of tegen hem een inreisverbod is uitgevaardigd met toepassing van artikel 66a, zevende lid, van de Wet;
- heeft te kennen gegeven dat hij geen gevolg zal geven aan zijn verplichting tot terugkeer
- niet beschikt over voldoende middelen van bestaan.
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
D.K. Bloemers, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 29 januari 2018.
Rechtsmiddel
de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.