Verzoek en verweer
De vrouw heeft per brief van 19 oktober 2018 op bepaalde punten haar eerder ingediende verzoeken aangepast, aangevuld (en deels ingetrokken) en geconcretiseerd. Hiernaast is een aantal nieuwe verzoeken ingediend.
Het verzoek van de vrouw strekt thans tot echtscheiding, met nevenvoorzieningen tot:
- bepaling dat de minderjarige kinderen van partijen hun hoofdverblijfplaats bij de vrouw zullen hebben, met ingang van de datum waarop zij na verkoop van de echtelijke woning zelfstandige woonruimte betrekt;
- bepaling dat de kinderen de helft van de tijd bij de vrouw en de helft van de tijd bij de man verblijven en dat deze regeling na verkoop van de echtelijke woning moet worden geëvalueerd en zo nodig moet worden aangepast;
- bepaling dat de man – met ingang van de datum waarop de vrouw zelfstandige woonruimte betrekt, na verkoop van de echtelijke woning – gehouden is de vrouw een bedrag van € 598,- per kind per maand aan kinderalimentatie te voldoen bij vooruitbetaling voor de eerste van de maand een en ander te vermeerderen met enige tegemoetkoming vanuit de overheid die de man voor de kinderen ontvangt, althans de kinderalimentatie vast te stellen op een bedrag dat de rechtbank juist acht en te bepalen dat partijen de schoolkosten van de kinderen – voor zover die de in Frankrijk gangbare kosten overschrijven – bij helfte voor hun rekening dienen te nemen;
- met ingang van de datum waarop de vrouw – na ontbinding van het huwelijk – zelfstandige woonruimte betrekt: bepaling van de bijdrage van de man in de kosten van levensonderhoud van de vrouw op € 5.000,- bruto per maand, bij vooruitbetaling te voldoen, althans de partneralimentatie vast te stellen op een bedrag per maand dat de rechtbank juist acht en te verstaan dat de man gehouden is om 100% van de met de echtelijke woning verband houdende lasten (waaronder de hypotheekrente) te voldoen, zolang partijen gezamenlijk eigenaar zijn van die woning, althans de beslissing op de partneralimentatie aan te houden tot de datum waarop duidelijk is welk vermogen de vrouw zal overhouden uit de verdeling/verrekening die nog tussen partijen moet plaatsvinden. Aanvullend bepaling dat tot de ingangsdatum van de partneralimentatie de financiële situatie doorloopt zoals hij thans is, in die zin dat de man de volledige salarissen van partijen op de en/of rekening stort en de lopende kosten van de huishouding daaruit betaald worden;
- bepaling dat de echtelijke woning staande en gelegen in Frankrijk, te [echtelijke woning] bestens zal worden verkocht aan een derde en dat partijen de netto verkoopopbrengst – na aflossing van de leningen afgesloten bij BNP en ING en de lening bij de ouders van de vrouw waarvoor partijen beiden aansprakelijk zijn – bij helfte dienen te verdelen;
- verklaring voor recht dat partijen over en weer niets verschuldigd zijn ter zake de uitvoering van het periodieke verrekenbeding opgenomen in artikel 8 van de huwelijkse voorwaarden;
- voorwaardelijk, indien de rechtbank zou bepalen dat de vrouw uit hoofde van het verrekenbeding enig bedrag aan de man dient te voldoen, bepaling dat dit bedrag pas opeisbaar is dan wel pas voldaan dient te worden nadat de vrouw de beschikking heeft over haar deel van de verkoopopbrengst van de gemeenschappelijke echtelijke woning te Frankrijk;
- verklaring voor recht dat partijen gehouden zijn de tijdens het huwelijk opgebouwde pensioenaanspraken te verevenen conform de Wet VPS en dat enig opgebouwd partnerpensioen premievrij voor de vrouw gereserveerd blijft;
- veroordeling van de man om binnen één maand na de in dezen te wijzen beschikking een bedrag van € 141.175,04 netto aan de vrouw te voldoen op grond van de huwelijkse voorwaarden, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van verzuim tot de datum der algehele voldoening;
- bepaling dat de vrouw met uitsluiting van de man bevoegd zal zijn tot het gebruik van de woning staande en gelegen te Frankrijk te [echtelijke woning] en de tot de inboedel daarvan behorende zaken, gedurende zes maanden na inschrijving van de ten deze te wijzen echtscheidingsbeschikking en de man te verbieden de woning zonder voorafgaande toestemming van de vrouw te betreden;
- veroordeling van de man om binnen twee weken na de in dezen te wijzen beschikking aan de vrouw te voldoen een bedrag van € 7.500,- en € 10.000,- ter zake teveel betaalde kosten van de huishouding, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van verzuim tot de datum der algehele voldoening;
- veroordeling van de man om binnen twee weken na de in dezen te wijzen beschikking aan de vrouw te voldoen een bedrag van € 2.200,- ter zake het door hem van de bankrekening ten name van de vrouw bij BNP met nummer . [nr.] opgenomen bedrag d.d. 3 augustus 2018, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van verzuim tot de datum der algehele voldoening;
- veroordeling van de man om binnen twee weken na de in dezen te wijzen beschikking aan de vrouw te voldoen een bedrag van € 23.544,50 ter zake de verdeling van het saldo op de gezamenlijke bankrekening Banque Cantonale Vaudoise [gezamenlijk bankrekening] , waarbij deze bankrekening aan de man wordt toebedeeld, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van verzuim tot de datum der algehele voldoening;
- veroordeling van de man om binnen twee weken na de in dezen te wijzen beschikking op de bankrekeningen van de kinderen de door hem opgenomen bedragen terug te storten en derhalve de man te veroordelen om € 1.037,40 te storten op rekeningnummer [bankrekening kind1] t.n.v. [kind1] en € 2.106,24 te storten op rekeningnummer [bankrekening kind2] t.n.v. [kind2] , en € 1.000,-- te storten op rekeningnummer [bankrekening kind3] t.n.v. [kind3] , te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag van verzuim tot de datum der algehele voldoening;
- bepaling dat alle huuropbrengsten voortkomende uit de verhuur van de echtelijke woning staande en gelegen te Frankrijk te [echtelijke woning] (“ [naam villa] ”) gestort dienen te worden op de gezamenlijke rekening van partijen bij [gezamenlijke rekening pp] ;
een en ander met uitvoerbaarverklaring bij voorraad en kosten rechtens.
De man voert verweer, welk verweer hierna zal worden besproken.
De man heeft zijn eerder ingediende verzoeken – die staan geformuleerd in de beschikking van deze rechtbank van 4 oktober 2016 – gehandhaafd.