ECLI:NL:RBDHA:2018:11981
Rechtbank Den Haag
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Internationale kinderontvoering en verzoek tot teruggeleiding afgewezen met opname van spiegelovereenkomst
Op 8 oktober 2018 heeft de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in een zaak betreffende internationale kinderontvoering. Het verzoek tot teruggeleiding van de minderjarigen [minderjarige 1], [minderjarige 2] en [minderjarige 3] naar het Verenigd Koninkrijk, ingediend door de vader [Y], is eerder op 27 september 2018 afgewezen. De vader, wonende in het Verenigd Koninkrijk en vertegenwoordigd door advocaat mr. J.H. Weermeijer, had verzocht om de kinderen terug te leiden naar hun woonplaats. De moeder, [X], wonende in [woonplaats] en vertegenwoordigd door advocaat mr. J.A.M. Schoenmakers, werd als belanghebbende aangemerkt. De rechtbank heeft in deze beschikking de eerder genomen beslissing bevestigd en het verzoek van de ouders om de onderlinge regeling, vastgelegd in de spiegelovereenkomst, op te nemen in de beschikking toegewezen. De spiegelovereenkomst, ondertekend op 21 augustus 2018, betreft de ouderlijke verantwoordelijkheid voor de minderjarigen. De rechtbank heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele hoger beroep procedures. De beschikking is gegeven door de meervoudige kamer, bestaande uit kinderrechters, en is openbaar uitgesproken op de zitting van 8 oktober 2018.