ECLI:NL:RBDHA:2018:11726
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing asielaanvragen op grond van Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 17 september 2018 uitspraak gedaan in de zaken NL18.15374 en NL18.15376, waarbij eisers, een gezin met minderjarige kinderen, in beroep zijn gegaan tegen de besluiten van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De staatssecretaris had de asielaanvragen van eisers niet in behandeling genomen, omdat België verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van deze aanvragen op basis van de Dublinverordening. Eisers hebben aangevoerd dat zij in België niet in de gelegenheid zijn gesteld om een herhaalde asielaanvraag in te dienen en dat zij op straat hebben moeten leven. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat deze stellingen niet zijn onderbouwd en dat verweerder terecht heeft gesteld dat België de asielaanvragen van eisers zal behandelen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de autoriteiten van België de terugname van eisers hebben geaccepteerd en dat er geen sprake is van indirect refoulement. De rechtbank heeft de beroepen ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen een week na bekendmaking.