ECLI:NL:RBDHA:2018:11142

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
18 september 2018
Publicatiedatum
17 september 2018
Zaaknummer
09/842378-17
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verklaring van de rechtbank over seksueel misbruik en kinderporno door een leraar

Op 18 september 2018 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 41-jarige man, die als leraar werkzaam was. De man is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 40 maanden, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaar. Tijdens de proeftijd zijn er bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een verbod om te werken met kinderen tot achttien jaar. De man heeft zijn neefje, dat nog geen twaalf jaar oud was, gedurende een periode van vier jaar meermalen seksueel misbruikt en heeft daarbij kinderpornografische foto's gemaakt. Tevens heeft hij een grote hoeveelheid kinderporno gedownload en opgeslagen, die hij ook met anderen heeft gedeeld. De rechtbank sprak de man vrij van ontucht met een minderjarige leerling wegens gebrek aan bewijs. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan ernstige misdrijven die de lichamelijke integriteit van kinderen schenden. De verdachte heeft zijn eigen seksuele behoeften vooropgesteld, zonder rekening te houden met de gevolgen voor de slachtoffers. De rechtbank heeft de ernst van de feiten en de psychische schade voor de slachtoffers zwaar meegewogen in de strafoplegging. De verdachte is verminderd toerekeningsvatbaar verklaard vanwege een pedofiele stoornis en alcoholproblematiek, maar de rechtbank achtte een aanzienlijke gevangenisstraf noodzakelijk om herhaling te voorkomen.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige strafkamer
Parketnummers: 09/842378-17 (dagvaarding I) en 09/852054-18 (dagvaarding II)
Datum uitspraak: 18 september 2018
Tegenspraak
(Promisvonnis)
De rechtbank Den Haag heeft op de grondslag van de tenlastelegging en naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedag] 1976 te [geboorteplaats] ,
[woonplaats] ,
thans preventief gehecht in detentiecentrum Schiphol.

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden op de terechtzittingen van 20 maart 2018 (pro forma, dagvaarding I), 12 juni 2018 (pro forma, dagvaarding I en dagvaarding II) en 4 september 2018 (inhoudelijk, dagvaarding I en dagvaarding II).
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie
mr. L.A. Pronk en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsman mr. M.G.P. Glas naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting van 4 september 2018 (hieronder schuingedrukt) - ten laste gelegd dat:
Dagvaarding I:
1.
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
1 januari 2017 tot en met 1 december 2017 te Gouda - als (inval)leraar bij een
basisschool ontucht heeft gepleegd met de aan zijn zorg, opleiding en/of
waakzaamheid toevertrouwde minderjarige [slachtoffer 1] , geboren op
[geboortedatum 1] , door zijn hand in de onderbroek van die [slachtoffer 1] te plaatsen
en/of de billen en/of vagina van die [slachtoffer 1] te betasten;
Subsidiair, indien het vorenstaande niet tot een bewezenverklaring en/of een
veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
1 januari 2017 tot en met 1 december 2017 te Gouda met [slachtoffer 1] ,
geboren op [geboortedatum 1] , die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet
had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd,
bestaande uit het plaatsen van zijn hand in de onderbroek van die [slachtoffer 1]
en/of het betasten van de billen en/of vagina van die [slachtoffer 1] ;
2.
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
15 maart 2010 tot en met 6 december 2017 te Barendrecht en/of Gouda, in elk
geval in Nederland, één of meermalen (telkens) (een) afbeelding(en) en/of
(een) gegevensdrager(s) bevattende (een) afbeelding(en) (te weten één of meer
computer(s) en/of (een) harddisk(s) en/of (een) laptop(s) en/of (een) USB
stick(s) en/of (een geheugenkaart(en) en/of (een) telefoon(s) en/of (een)
camera(s)),
heeft verspreid en/of aangeboden en/of openlijk tentoongesteld en/of
vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of
verworven en/of in bezit heeft gehad en/of zich daartoe door middel van een
geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de
toegang daartoe heeft verschaft,
terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn,
waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog
niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken
welke voornoemde seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
Foto 1 (filename: [bestandsnaam 1].JPG):
Betreft een meisje, geschatte leeftijd tussen de 7 en 10 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. Het meisje ligt half naakt op haar zij
op een bed. Het meisje draagt witte kousen met daaraan jarretels. Het
meisje is verder naakt en heeft rode lippenstift op. Achter het meisje
zit de man op zijn knieën. De man is naakt en zijn stijve penis gaat
tussen de billen/vagina van het meisje. Het meisje heeft haar mond
open.
(Deze foto hoort bij een serie foto's van hetzelfde meisje. Het meisje
draagt elke keer andere, niet bij de leeftijd passende kleding. Met het
meisje worden verschillende ontuchtige handelingen gedaan en het meisje
wordt ook diverse keren gepenetreerd door een volwassen man.)
en/of
Foto 2 (filename: [bestandsnaam 2].jpg):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de 2 en 3 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. De jongen zit voor de man op een bed. De
stijve penis van de man zit tegen de mond van de jongen aan. De foto is
van bovenaf genomen. De jongen kijkt naar de man omhoog.
en/of
Foto 3 (filename: [bestandsnaam 3].jpg):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de O en 2 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. De jongen is naakt. Tussen de billen van
de jongen zit de penis van de man. Op de rug van de jongen zit een
witte op sperma gelijkende substantie.
en/of
Film/video 1 (filename [bestandsnaam 4].mp4):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de 2 en 4 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. De man zit op zijn knieën op een bed en
heeft zijn broek open. De stijve penis van de man steekt uit zijn
broek. De jongen zit voor de man en houdt met zijn handjes de stijve
penis vast. De jongen stopt de penis in zijn mond en maakt zuigende
bewegingen. In de video heeft de jongen de stijve penis meerdere keren
in zijn mond. Tussendoor trekt de man aan zijn stijve penis. Op het
laatst lijkt de man klaar te komen. Er komt namelijk een op sperma
gelijkende substantie uit zijn penis. De jongen neemt de penis nog
steeds elke keer in zijn mond. Het sperma komt ook in de mond van de
jongen. De jongen maakt kokhalzende bewegingen met zijn mond.
en/of
Film/video 2 (filename: [bestandsnaam 5].mp4):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de 10 en 14 jaar oud. De
jongen lijkt achter de computer te zitten. De jongen kijkt op het
scherm. In de tussentijd haalt de jongen zijn penis uit zijn broek en
trekt er met zijn handen aan. De penis van de jongen wordt stijf. De
jongen trekt gedurende de video aan zijn stijve penis en staat met zijn
penis vlak voor de camera. De jongen veranderd meerdere keren van
houding. De jongen gaat ook op zijn bed liggen en trekt ook hier aan
zijn stijve penis. Onderaan de video staan de letters: [sitenaam].com,
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt;
Dagvaarding II:
1.
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
1 januari 2013 tot en met 15 september 2017 te Oostkapelle, gemeente Veere,
en/of Dordrecht en/of elders in Nederland en/of in België met
[slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 2] , die toen de
leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handeling(en)
heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2] , hebbende verdachte
- zijn penis in de mond van die [slachtoffer 2] geduwd/gebracht, althans zijn penis
door die [slachtoffer 2] in de mond laten nemen en/of zijn penis door die [slachtoffer 2]
laten likken en/of
- zijn vinger(s) tussen de billen en/of in de anus van die [slachtoffer 2]
geduwd/gebracht en/of
- zijn penis tussen de billen en/of tegen de anus van die [slachtoffer 2]
geduwd/gebracht en/of
- de penis van die [slachtoffer 2] vastgepakt en/of betast en/of in de mond genomen
en/of gezoend en/of aan de penis van die [slachtoffer 2] gelikt en/of
- zich in de nabijheid van [slachtoffer 2] afgetrokken en/of zich laten aftrekken
door die [slachtoffer 2]
en/of
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
1 januari 2013 tot en met 15 september 2017 te Oostkapelle, gemeente Veere,
en/of Dordrecht en/of elders in Nederland en/of in België met
[slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 2] , die toen de
leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, een of meer handeling(en)
heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2] , hebbende verdachte
- zijn penis in de mond van die [slachtoffer 2] geduwd/gebracht, althans zijn penis
door die [slachtoffer 2] in de mond laten nemen en/of zijn penis door die [slachtoffer 2]
laten likken en/of
- zijn vinger(s) tussen de billen en/of in de anus van die [slachtoffer 2]

geduwd/gebracht en/of

- zijn penis tussen de billen en/of tegen de anus van die [slachtoffer 2]

geduwd/gebracht en/of

- de penis van die [slachtoffer 2] vastgepakt en/of betast en/of in de mond genomen

en/of gezoend en/of aan de penis van die [slachtoffer 2] gelikt en/of

- zich in de nabijheid van [slachtoffer 2] afgetrokken en/of zich laten aftrekken

door die [slachtoffer 2] ;

2.
hij in of omstreeks de periode van 1 december 2016 tot en met 6 december 2017
te Oud-Bijerland en/of Barendrecht, althans in Nederland, een afbeelding, te
weten een foto van zijn/een blote penis en waarvan de vertoning schadelijk is
voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, heeft verstrekt en/of
aangeboden en/of vertoond aan [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum 3] ,
zijnde een minderjarige van wie hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden,
dat deze jonger was dan zestien jaar, door die [slachtoffer 3] via Instagram/internet
genoemde foto te sturen;
3.
hij op een of meer tijdstip(pen) gelegen in of omstreeks de periode van
1 januari 2013 tot en met 15 september 2017 te Oostkapelle, gemeente Veere,
en/of Dordrecht en/of elders in Nederland en/of in België één of meermalen
(telkens) (een) afbeelding(en) (te weten foto's, met een mobiele telefoon
(merk i phone) heeft vervaardigd terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele
gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) (telkens) een persoon
( [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 2] ), die de leeftijd
van achttien jaar die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had
bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken
welke voornoemde seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven - onder meer
bestonden uit:
Foto 1 (filename: [bestandsnaam 6].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man.Op de foto zijn de billen van de jongen te
zien. De man houdt zijn penis tegen/tussen de billen van de jongen.
en/of
Foto 2 (filename: [bestandsnaam 7].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. De jongen ligt op zijn rug, zijn broek en
onderbroek zijn omlaag en hij heeft een stijf piemeltje. Naast hem zit
een de naakte man. De man hangt met zijn half stijve penis boven de
jongen. De foto is van boven genomen.
en/of
Foto 3 (filename: [bestandsnaam 8].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. De jongen zit en draagt geen broek, hij draagt
alleen een blauw shirt met blauwe letters. Voor de jongen staat de man.
De jongen heeft de stijve penis van de man in zijn mond.
en/of
Foto 4 (filename: [bestandsnaam 9].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. Op de foto zijn de billen van de jongen te
zien en een deel van de benen. De broek en onderbroek van de jongen
zijn omlaag. De man trekt met zijn hand de billen van de jongen uit
elkaar. De nadruk van de foto ligt op de anus van [slachtoffer 2] .
en/of
Foto 5 (filename: [bestandsnaam 10].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. Op de foto zijn de billen van de jongen te
zien. De broek en onderbroek van de jongen zijn omlaag. Achter de
jongen zit een man die zijn wijsvinger tussen de billen van de jongen
heeft. Onbekend of de vinger van de man ook in de anus van de jongen
gaat. Aan de arm van de man zit een horloge met een zwart bandje;
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.

3.De geldigheid van de dagvaarding

De rechtbank is van oordeel dat dagvaarding II voor zover het betreft feit 1, tweede cumulatief/alternatief, nietig dient te worden verklaard, aangezien daarmee exact hetzelfde is ten laste gelegd als met het eerste cumulatief/alternatief. De dagvaarding voldoet in zoverre niet aan de eisen gesteld door artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering (Sv), omdat deze op dit punt onduidelijk is.

4.Bewijsoverwegingen

4.1
Inleiding
De verdachte wordt bij dagvaarding I verweten dat hij zich - kort gezegd - als (inval)leraar op een basisschool in Gouda heeft schuldig gemaakt aan het plegen van ontucht met een minderjarige leerling (feit 1) en aan het bezit en het verspreiden van kinderporno (feit 2). Bij dagvaarding II wordt de verdachte verweten dat hij zich heeft schuldig gemaakt aan het plegen van ontuchtige handelingen met zijn minderjarige neefje, welke handelingen mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van dat neefje (feit 1), aan het sturen van een foto van zijn blote penis aan een persoon onder de zestien jaar (feit 2) en aan het vervaardigen van kinderporno (feit 3). De verdachte heeft de feiten bekend, met uitzondering van het plegen van ontucht met een leerling.
4.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het bij dagvaarding I onder 1 primair en onder 2 tenlastegelegde en tot het bij dagvaarding II onder 1 eerste en tweede cumulatief/alternatief, 2 en 3 tenlastegelegde.
4.3
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft ten aanzien van het bij dagvaarding I onder 1 primair en subsidiair tenlastegelegde vrijspraak bepleit. Ten aanzien van de overige feiten heeft de verdediging zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4.4
De beoordeling van de tenlastelegging [1]
Dagvaarding I
Feit 1
Het onderzoek tegen de verdachte is begonnen nadat de moeder van de destijds zevenjarige [slachtoffer 1] zich op 2 december 2017 bij de politie had gemeld. Zij vertelde dat haar dochter haar de dag daarvoor spontaan had verteld dat [verdachte] (de verdachte, hierna ook: [verdachte] ) met zijn hand in haar broek had gezeten. Haar moeder heeft een zogeheten informatief gesprek zeden gevoerd met de politie en vervolgens op 4 december 2017 namens [slachtoffer 1] aangifte gedaan van ontucht.
[slachtoffer 1] is door de politie gehoord in een kindvriendelijke studio op 6 december 2017. Zij heeft daar verklaard dat [verdachte] haar op school helpt bij haar werk en dat hij dan in haar broek gaat zitten. Als zij hem vraagt of hij haar komt helpen komt hij naast haar zitten en doet dan zijn hand in haar broek en raakt haar aan bij haar plasser en bij haar billen. Hij wrijft dan bij haar billen en friemelt bij haar plasser. Dat is meerdere keren gebeurd.
Uit het politieonderzoek dat vervolgens is ingesteld, is gebleken dat de verdachte als invalleraar heeft lesgegeven aan de klas van [slachtoffer 1] . De verdachte is verhoord en heeft zich aanvankelijk op zijn zwijgrecht beroepen. Later heeft hij verklaard dat hij op 1 december 2017 inderdaad les heeft gegeven aan de klas van [slachtoffer 1] , en naast haar is gaan zitten om haar instructie te geven. De verdachte heeft echter ontkend op enig moment ontuchtige handelingen met [slachtoffer 1] te hebben gepleegd.
Hoewel de rechtbank, anders dan de verdediging, geen reden ziet om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de verklaring van [slachtoffer 1] , is de rechtbank van oordeel dat haar verklaring onvoldoende steun vindt in andere bewijsmiddelen. Dat de verdachte heeft bevestigd dat hij op 1 december 2017 les heeft gegeven aan de klas van [slachtoffer 1] en naast haar is komen zitten, is daartoe niet voldoende. Hoewel niet is vereist dat steunbewijs betrekking heeft op de ten laste gelegde ontuchtige gedragingen, moet het wel zodanig specifiek zijn dat het maakt dat de verklaring over die gedragingen niet op zich staat. Daarvan is in dit geval geen sprake, mede in aanmerking genomen dat het niet ongewoon is dat de verdachte naast [slachtoffer 1] kwam zitten om haar uitleg te geven, daarvoor was hij immers haar leraar. De omstandigheid dat de verdachte zich eerst op zijn zwijgrecht heeft beroepen, vormt evenmin steunbewijs voor de verklaring van [slachtoffer 1] . Dat geldt ook voor de verklaring van de verdachte dat hij in de klas foto’s heeft gemaakt van kinderen en daarbij de nadruk heeft gelegd op hun billen. Ook in die verklaring kan geen specifieke bevestiging worden gevonden voor de verklaring van [slachtoffer 1] . De rechtbank dient de verdachte dan ook vrij te spreken van dit ten laste gelegde feit wegens het ontbreken van voldoende wettig bewijs.
Feit 2
Aangezien de verdachte het ten laste gelegde feit heeft bekend met betrekking tot het verspreiden, aanbieden, verwerven, in bezit hebben van, en zich de toegang verschaffen tot - kortweg - kinderporno, hij nadien niet anders heeft verklaard en de raadsman van de verdachte voor dit feit geen vrijspraak heeft bepleit, volstaat de rechtbank met een opsomming van de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 359, derde lid, Sv. De rechtbank acht het feit wettig en overtuigend bewezen, gelet op:
- het proces-verbaal van bevindingen d.d. 7 december 2017 (p. 88 - 90);
- het proces-verbaal beschrijving kinderpornografisch materiaal met bijlagen d.d. 31 januari 2018 (p. 202 - 222);
- de bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 4 september 2018.
Van de overige onderdelen van de tenlastelegging (het openlijk tentoonstellen, vervaardigen, invoeren, doorvoeren en uitvoeren) wordt de verdachte, conform het standpunt van de officier van justitie, vrijgesproken bij gebrek aan wettig en overtuigend bewijs.
Gelet op de lange periode waarin de verdachte kinderporno heeft verkregen en verspreid, en de zeer grote hoeveelheid foto’s en films die is aangetroffen, acht de rechtbank eveneens bewezen dat de verdachte van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
Dagvaarding II
Feit 1 en feit 3
Aangezien de verdachte de ten laste gelegde feiten heeft bekend, hij nadien niet anders heeft verklaard en de raadsman van de verdachte voor deze feiten geen vrijspraak heeft bepleit, volstaat de rechtbank met een opsomming van de bewijsmiddelen als bedoeld in artikel 359, derde lid, Sv. De rechtbank acht de feiten wettig en overtuigend bewezen, gelet op:
- het proces-verbaal van bevindingen met bijlagen d.d. 6 maart 2018 (p. 259 – 270);
- het proces-verbaal van aangifte met bijlagen d.d. 4 maart 2018 (p. 277 – 289);
- het proces-verbaal van verhoor getuige met bijlagen d.d. 6 maart 2018 (p. 290 – 305);
- het proces-verbaal van verhoor verdachte met bijlagen d.d. 13 maart 2018 (p. 310 – 332);
- de bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 4 september 2018.
Met betrekking tot feit 3 acht de rechtbank, gelet op de lange periode waarin de verdachte kinderpornografische foto’s van zijn neefje heeft gemaakt en de tientallen foto’s die van hem zijn aangetroffen, eveneens bewezen dat de verdachte van het vervaardigen van kinderporno een gewoonte heeft gemaakt.
Feit 2
[slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum 3] , heeft verklaard dat hij tot groep 6 op [school] in Barendrecht heeft gezeten en daarna is verhuisd naar Oud-Beijerland. Toen hij in groep 4 of 5 zat, zat [verdachte] in het klaslokaal naast hem. Hij heeft zelf geen les van hem gehad. Nadat hij van school ging en in groep 7 zat, zag hij dat [verdachte] hem volgde op Instagram. Op een gegeven moment kreeg hij een persoonlijk bericht op Instagram van hem. Dat zag hij aan de account naam “Ik heet [verdachte] ” of “Ik ben [verdachte] ”. Samen met zijn zus, opende hij de meegezonden foto. Hij zag daarop de ontblote piemel van [verdachte] . Hij denkt dat het de piemel van [verdachte] was omdat de foto met het account van [verdachte] is verstuurd en omdat te zien was dat de foto direct was genomen met zijn toestel aangezien hij er op moest klikken om de foto te openen. [2]
Het zusje van [slachtoffer 3] heeft verklaard dat [slachtoffer 3] haar de foto van de ontblote penis heeft laten zien en aan haar heeft verteld dat dat de penis van meester [verdachte] was. [3]
De moeder van [slachtoffer 3] heeft aangifte gedaan namens [slachtoffer 3] . Zij heeft op 26 januari 2018 verklaard dat [slachtoffer 3] enkele maanden daarvoor naaktfoto’s had ontvangen van de verdachte. [4]
De verdachte heeft bij de politie en ter zitting verklaard dat hij [slachtoffer 3] volgde op Instagram en dat het inderdaad kan zijn dat hij een foto naar hem heeft gestuurd, maar dat hij het zich niet meer kan herinneren omdat hij destijds veel alcohol dronk. [5]
Gelet op deze verklaringen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte in de periode van 1 december 2016 tot en met 6 december 2017 via Instagram een foto van zijn ontblote penis aan [slachtoffer 3] , die toen nog geen zestien jaar was, heeft gestuurd, terwijl de verdachte wist dat [slachtoffer 3] nog geen zestien jaar was.
4.5
De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart ten laste van de verdachte bewezen dat:
Dagvaarding I:
2.
hij in de periode van 15 maart 2010 tot en met 6 december 2017 te Barendrecht, meermalen (een) afbeelding(en) en/of (een) gegevensdrager(s) bevattende (een) afbeelding(en) (te weten computers en harddisks en een laptop en een USB stick en een geheugenkaart en een telefoon en een camera),
heeft verspreid en aangeboden en verworven en in bezit heeft gehad en zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe heeft verschaft,
terwijl op die afbeeldingen (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken
welke voornoemde seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
Foto 1 (filename: [bestandsnaam 1].JPG):
Betreft een meisje, geschatte leeftijd tussen de 7 en 10 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. Het meisje ligt half naakt op haar zij
op een bed. Het meisje draagt witte kousen met daaraan jarretels. Het
meisje is verder naakt en heeft rode lippenstift op. Achter het meisje
zit de man op zijn knieën. De man is naakt en zijn stijve penis gaat
tussen de billen/vagina van het meisje. Het meisje heeft haar mond
open.
(Deze foto hoort bij een serie foto's van hetzelfde meisje. Het meisje
draagt elke keer andere, niet bij de leeftijd passende kleding. Met het
meisje worden verschillende ontuchtige handelingen gedaan en het meisje
wordt ook diverse keren gepenetreerd door een volwassen man.)
en
Foto 2 (filename: [bestandsnaam 2].jpg):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de 2 en 3 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. De jongen zit voor de man op een bed. De
stijve penis van de man zit tegen de mond van de jongen aan. De foto is
van bovenaf genomen. De jongen kijkt naar de man omhoog.
en
Foto 3 (filename: [bestandsnaam 3].jpg):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de O en 2 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. De jongen is naakt. Tussen de billen van
de jongen zit de penis van de man. Op de rug van de jongen zit een
witte op sperma gelijkende substantie.
en
Film/video 1 (filename [bestandsnaam 4].mp4):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de 2 en 4 jaar oud met
een kennelijk volwassen man. De man zit op zijn knieën op een bed en
heeft zijn broek open. De stijve penis van de man steekt uit zijn
broek. De jongen zit voor de man en houdt met zijn handjes de stijve
penis vast. De jongen stopt de penis in zijn mond en maakt zuigende
bewegingen. In de video heeft de jongen de stijve penis meerdere keren
in zijn mond. Tussendoor trekt de man aan zijn stijve penis. Op het
laatst lijkt de man klaar te komen. Er komt namelijk een op sperma
gelijkende substantie uit zijn penis. De jongen neemt de penis nog
steeds elke keer in zijn mond. Het sperma komt ook in de mond van de
jongen. De jongen maakt kokhalzende bewegingen met zijn mond.
en
Film/video 2 (filename: [bestandsnaam 5].mp4):
Betreft een jongen, geschatte leeftijd tussen de 10 en 14 jaar oud. De
jongen lijkt achter de computer te zitten. De jongen kijkt op het
scherm. In de tussentijd haalt de jongen zijn penis uit zijn broek en
trekt er met zijn handen aan. De penis van de jongen wordt stijf. De
jongen trekt gedurende de video aan zijn stijve penis en staat met zijn
penis vlak voor de camera. De jongen verandert meerdere keren van
houding. De jongen gaat ook op zijn bed liggen en trekt ook hier aan
zijn stijve penis.
van welk misdrijf hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.
Dagvaarding II:
1.
hij in de periode van 1 januari 2013 tot en met 15 september 2017 te Oostkapelle, gemeente Veere,
en/of Dordrecht en/of elders in Nederland en/of in België met [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 2] , die toen de leeftijd van twaalf jaren nog niet had bereikt, handelingen heeft gepleegd, die mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer 2] , hebbende verdachte
- zijn penis in de mond van die [slachtoffer 2] geduwd/gebracht, althans zijn penis door die [slachtoffer 2] in de mond laten nemen en zijn penis door die [slachtoffer 2] laten likken en
- zijn vinger(s) tussen de billen en in de anus van die [slachtoffer 2] geduwd/gebracht en
- zijn penis tussen de billen en tegen de anus van die [slachtoffer 2] geduwd/gebracht en
- de penis van die [slachtoffer 2] vastgepakt en betast en in de mond genomen en gezoend en aan de penis van die [slachtoffer 2] gelikt en
- zich in de nabijheid van [slachtoffer 2] afgetrokken en zich laten aftrekken door die [slachtoffer 2] ;
2.
hij in de periode van 1 december 2016 tot en met 6 december 2017 te Oud-Beijerland en Barendrecht, een afbeelding, te weten een foto van zijn ontblote penis en waarvan de vertoning schadelijk is voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, heeft verstrekt en aangeboden en vertoond aan [slachtoffer 3] , geboren op [geboortedatum 3] , zijnde een minderjarige van wie hij wist dat deze jonger was dan zestien jaar, door die [slachtoffer 3] via Instagram genoemde foto te sturen;
3.
hij in de periode van 1 januari 2013 tot en met 15 september 2017 te Oostkapelle, gemeente Veere,
en/of Dordrecht en/of elders in Nederland en/of in België meermalen afbeeldingen, te weten foto's, met een mobiele telefoon heeft vervaardigd terwijl op die afbeeldingen (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij telkens een persoon ( [slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum 2] ), die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven - onder meer
bestonden uit:
Foto 1 (filename: [bestandsnaam 6].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. Op de foto zijn de billen van de jongen te
zien. De man houdt zijn penis tegen/tussen de billen van de jongen.
en
Foto 2 (filename: [bestandsnaam 7].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. De jongen ligt op zijn rug, zijn broek en
onderbroek zijn omlaag en hij heeft een stijf piemeltje. Naast hem zit
een de naakte man. De man hangt met zijn half stijve penis boven de
jongen. De foto is van boven genomen.
en
Foto 3 (filename: [bestandsnaam 8].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. De jongen zit en draagt geen broek, hij draagt
alleen een blauw shirt met blauwe letters. Voor de jongen staat de man.
De jongen heeft de stijve penis van de man in zijn mond.
en
Foto 4 (filename: [bestandsnaam 9].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. Op de foto zijn de billen van de jongen te
zien en een deel van de benen. De broek en onderbroek van de jongen
zijn omlaag. De man trekt met zijn hand de billen van de jongen uit
elkaar. De nadruk van de foto ligt op de anus van [slachtoffer 2] .
en
Foto 5 (filename: [bestandsnaam 10].jpg):
Foto met daarop een jongen (geschatte leeftijd 6-8 jaar) en een
kennelijk volwassen man. Op de foto zijn de billen van de jongen te
zien. De broek en onderbroek van de jongen zijn omlaag. Achter de
jongen zit een man die zijn wijsvinger tussen de billen van de jongen
heeft. Aan de arm van de man zit een horloge met een zwart bandje;
van welk misdrijf hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is volgens de wet strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.

6.De strafbaarheid van de verdachte

De verdachte is eveneens strafbaar, omdat er geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid uitsluiten.

7.De strafoplegging

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van vijf jaren en als bijzondere voorwaarden de voorwaarden geadviseerd door de reclassering, te weten een meldplicht, een behandelverplichting, een verplichting zich te onthouden van het op digitale wijze communiceren met kinderen met daarbij behorend toezicht en een beroepsverbod als leraar.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht om bij de oplegging van een straf rekening te houden met de omstandigheid dat de verdachte ter zitting spijt heeft betuigd en zich open heeft opgesteld.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
Na te melden straf is in overeenstemming met de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en gegrond op de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan tijdens het onderzoek ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank neemt hierbij in het bijzonder het volgende in aanmerking.
De ernst van de feiten
De verdachte heeft zich gedurende een periode van ruim vier jaar schuldig gemaakt aan het seksueel misbruiken van zijn neefje dat destijds nog geen twaalf jaar oud was, onder andere door het seksueel binnendringen van zijn lichaam. De verdachte heeft hierbij op grove wijze meermalen de lichamelijke integriteit van zijn neefje geschonden en misbruik gemaakt van het vertrouwen dat zijn neefje in hem als oom en als volwassene mocht stellen. Het is een feit van algemene bekendheid dat door seksueel misbruik de psychische gezondheid van het slachtoffer ernstig kan worden geschaad. De geestelijke schade kan van (zeer) lange duur zijn, mede omdat seksueel misbruik een normale en gezonde seksuele ontwikkeling doorkruist. De verdachte heeft echter zijn eigen gevoelens en de bevrediging van zijn seksuele behoeften voorop gesteld en zich niet laten weerhouden door de verstrekkende gevolgen voor het slachtoffer. Daar komt nog bij dat de verdachte van dit misbruik foto’s heeft gemaakt, waardoor hij zich tevens heeft schuldig gemaakt aan het vervaardigen van kinderporno. De rechtbank rekent de verdachte dit alles zwaar aan.
Daarnaast heeft de verdachte gedurende lange tijd een zeer groot aantal kinderporno-grafische afbeeldingen gedownload en opgeslagen, die hij ook (deels) met anderen heeft gedeeld. Uit het dossier blijkt dat op zijn gegevensdragers in totaal 174.821 afbeeldingen zijn aangetroffen, waarvan 163.650 foto’s en 11.171 films. Hierop zijn verregaande seksuele handelingen te zien, bij voornamelijk kinderen van jonger dan 12 jaar. Het in bezit hebben van dergelijke afbeeldingen is een zeer ernstig misdrijf. Door dergelijk materiaal te zoeken, te downloaden, in bezit te houden en zelfs met anderen te delen, heeft de verdachte een bijdrage geleverd aan het in stand houden en bevorderen van seksueel misbruik van kinderen. In veel gevallen zijn die kinderen voor het leven getraumatiseerd. De rechtbank rekent ook dit de verdachte zwaar aan.
Ten slotte heeft de verdachte een foto van zijn ontblote penis gestuurd aan een minderjarige oud-leerling van een van de scholen waar hij heeft lesgegeven. Deze heeft verklaard dat hij hier erg van is geschrokken. Ook dit feit kan de normale seksuele ontwikkeling van het slachtoffer schaden en is verwerpelijk.
De persoon van de verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op het strafblad van de verdachte van 8 augustus 2018, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder voor dergelijke strafbare feiten is veroordeeld.
De rechtbank heeft tevens acht geslagen op een de verdachte betreffende Pro Justitia rapportage van 24 mei 2018, opgesteld door [naam 1] , GZ-psycholoog. Hieruit komt naar voren dat bij de verdachte sprake is van een pedofiele stoornis en een stoornis in het alcoholgebruik. Deze waren van invloed op de bewezen verklaarde gedragingen. De verdachte ontkende of bagatelliseerde zijn pedofiele geaardheid en voorkeur. Daardoor nam hij er niet de verantwoordelijkheid voor en dit heeft ertoe geleid dat hij deze geaardheid niet voldoende kon controleren. De opgeroepen en steeds blijkende seksuele gevoelens voor jongens brachten verwarring en onlustgevoelens met zich mee, die de verdachte dempte met alcohol. Met als gevolg dat de bewezen verklaarde feiten zich continueerden. Gezien het feit dat sprake is van een pedofiele stoornis waarop de verdachte onvoldoende controle wist uit te oefenen, dienen de bewezenverklaarde feiten de verdachte in verminderde mate te worden toegerekend. Het recidiverisico is matig tot hoog vanwege de combinatie van een problematische seksuele geaardheid en de neiging tot verslaving (alcohol). De verdachte is goed gemotiveerd voor hulp. Hij heeft de volgende hulp nodig: psychotherapie gericht op het hanteren van zijn pedofilie, psychotherapie gericht op zijn neiging tot verslaving en zijn stoornis in het alcoholgebruik, sociaal-maatschappelijke hulp gericht op resocialisatie met betrekking tot werk, huisvesting en vrijetijdsbesteding en hulp gericht op de familierelaties.
Verder heeft de rechtbank kennisgenomen van de inhoud van het (beknopt) reclasseringsadvies van 1 juni 2018, opgesteld door [naam 2] , reclasseringswerker. Hieruit blijkt dat de verdachte heeft aangegeven dat hij met “verkeerde gedachten” rondloopt en dat hij er alles aan wil doen om daar vanaf te komen. De ontvankelijkheid voor begeleiding en behandeling is hoog. Hij heeft aangegeven zijn medewerking te zullen verlenen aan alle voorwaarden die hem gesteld worden en in te zien dat hij een behandeling zal moeten ondergaan. Er zijn aanwijzingen voor psychische problematiek. Geadviseerd wordt een deels voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen met als bijzondere voorwaarden - kort gezegd - een meldplicht, een behandelverplichting (ambulant), een beroepsverbod en het zich onthouden van elke gedraging met betrekking tot kinderporno en digitale communicatie met kinderen met een seksuele intentie, waarbij de verdachte dient mee te werken aan toezicht door de reclassering op het gebruik van computers en andere apparatuur van de veroordeelde waarop afbeeldingen kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Vanwege de ernst van de feiten en de mogelijk langere behandeltermijn die noodzakelijk is, adviseert de reclassering een proeftijd van vijf jaar op te leggen.
De rechtbank onderschrijft de conclusies van de rapportages en zal de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar achten.
De op te leggen straf
Bij de bepaling van de zwaarte van de straf neemt de rechtbank tot uitgangspunt de straffen die in soortgelijke zaken gewoonlijk worden opgelegd, neergelegd in de door het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht opgestelde oriëntatiepunten voor de straftoemeting (LOVS-oriëntatiepunten).
De rechtbank heeft meegewogen dat de verdachte er ter zitting blijk van heeft gegeven spijt te hebben van zijn handelen en het laakbare van zijn handelen in te zien en bereid te zijn mee te werken aan begeleiding en behandeling.
Gelet op de ernst van de feiten acht de rechtbank slechts een gevangenisstraf van aanzienlijke duur passend. Deze straf is van kortere duur dan door de officier van justitie is gevorderd, omdat de rechtbank de verdachte zal vrijspreken van een van de ten laste gelegde feiten. De rechtbank zal een deel van de gevangenisstraf voorwaardelijk opleggen teneinde de verdachte ervan te weerhouden zich in de toekomst wederom schuldig te maken aan het plegen van strafbare feiten en om daaraan de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden te verbinden. Eén van die bijzondere voorwaarden is dat de verdachte gedurende de proeftijd niet werkzaam zal zijn als leerkracht van kinderen tot achttien jaar en ook niet een andere functie zal vervullen waarin hij direct met kinderen tot achttien jaar werkzaam zal zijn. De feiten waarvoor hij wordt veroordeeld heeft hij niet begaan tijdens de uitoefening van zijn beroep als leraar in het basisonderwijs, maar wel is bij hem een pedofiele stoornis vastgesteld, waarvoor hij nog niet is behandeld. Daarom acht de rechtbank oplegging van deze voorwaarde geboden. Anders dan de officier van justitie heeft gevorderd, acht de rechtbank het niet nodig dat de voorwaarde zich ook tot het volwassenenonderwijs uitstrekt. De rechtbank zal de proeftijd vaststellen op een termijn van vijf jaren, om redenen hiervoor genoemd.
De verdachte heeft misdrijven begaan die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van personen. Gelet op de pedofiele stoornis van de verdachte en zijn alcoholgebruik is de rechtbank van oordeel dat er ernstig rekening mee moet worden gehouden dat de verdachte wederom een dergelijk misdrijf zal begaan. Daarom zal zij bevelen dat de hierna op grond van artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht te stellen voorwaarden en het op grond van artikel 14d van het Wetboek van Strafrecht uit te oefenen toezicht dadelijk uitvoerbaar zijn.

8.De vordering van de benadeelde partij

[slachtoffer 1] heeft zich als benadeelde partij gevoegd ter zake van de vordering tot schadevergoeding, groot € 4.783,20, bestaande uit een bedrag van € 2.283,20 aan materiële schade en een bedrag van € 2.500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente.
8.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vordering van de benadeelde partij, met een eventuele matiging van de vergoeding van de immateriële schade
tot een bedrag van € 1.200,-.
8.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich primair op het standpunt gesteld dat de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard en subsidiair dat deze dient te worden gematigd voor wat betreft de vergoeding van immateriële schade.
8.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in de vordering, aangezien
de verdachte van het ten laste gelegde feit waarop de vordering betrekking heeft, zal worden vrijgesproken.
Dit brengt mee dat de benadeelde partij dient te worden veroordeeld in de kosten die de verdachte tot aan deze uitspraak in verband met zijn verdediging tegen die vordering heeft moeten maken, welke kosten de rechtbank begroot op nihil.

9.De toepasselijke wetsartikelen

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 57, 240a, 240b en 244 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze voorschriften zijn toegepast zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.

10.De beslissing

De rechtbank:
verklaart de dagvaarding nietig voor zover het betreft het bij dagvaarding II onder 1 tweede cumulatief/alternatief tenlastegelegde;
verklaart niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het bij dagvaarding I onder 1 primair en subsidiair tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het bij dagvaarding I onder 2 en bij dagvaarding II onder 1, 2 en 3 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven onder 4.5 bewezen is verklaard en dat het bewezenverklaarde uitmaakt:
ten aanzien van dagvaarding I:
ten aanzien van feit 2:
een afbeelding en gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verspreiden, aanbieden, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt;
ten aanzien van dagvaarding II:
ten aanzien van feit 1:
met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd;
ten aanzien van feit 2:
een afbeelding, bevattende een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, verstrekken en aanbieden en vertonen aan een minderjarige van wie hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden, dat deze jonger is dan zestien jaar;
ten aanzien van feit 3:
een afbeelding en gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, vervaardigen, terwijl van het plegen van dit misdrijf een gewoonte wordt gemaakt;
verklaart het bewezenverklaarde en de verdachte deswege strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
veroordeelt de verdachte tot:
een gevangenisstraf voor de duur van
40 (VEERTIG) MAANDEN;
bepaalt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van het onvoorwaardelijk gedeelte van de hem opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht;
bepaalt dat een gedeelte van die straf, groot
10 (tien) maanden, niet zal worden tenuitvoergelegdonder de algemene voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich voor het einde van de hierbij op
vijf jarenvastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- ter vaststelling van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen;
en onder de bijzondere voorwaarden dat de veroordeelde:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland (locatie nog nader te bepalen) op door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zolang de reclassering dat noodzakelijk acht;
- gedurende de proeftijd meewerkt aan diagnostiek en de daaruit voortvloeiende behandeling bij de Forensische Polikliniek De Waag of soortgelijke ambulante forensische zorg, zulks ter beoordeling van de reclassering, waarbij de veroordeelde zich zal houden aan de aanwijzingen die hem in het kader van die behandeling door of namens de instelling/behandelaar zullen worden gegeven;
- gedurende de proeftijd niet werkzaam zal zijn als leerkracht van kinderen tot achttien jaar en niet een andere functie zal vervullen waarin hij direct met kinderen tot achttien jaar werkzaam zal zijn, bezoldigd of onbezoldigd, waarbij de veroordeelde medewerking zal verlenen aan reclasseringstoezicht op deze bijzondere voorwaarde, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, zolang de reclassering dit noodzakelijk acht;
- zich gedurende de proeftijd onthoudt van:
- elke gedraging met betrekking tot kinderporno;
- het op digitale wijze met een seksuele intentie communiceren met kinderen;
- gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
- gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin over seksuele handelingen met kinderen wordt gecommuniceerd,
terwijl de veroordeelde zich verplicht mee te werken aan controle door de reclassering op het gebruik van computer(s) en andere apparatuur van de veroordeelde waarop afbeeldingen (kunnen) worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd;
geeft opdracht aan Reclassering Nederland tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
beveelt dat bovengenoemde bijzondere voorwaarden en het - op grond van artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht - uit te oefenen toezicht, dadelijk uitvoerbaar zijn;
bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] niet-ontvankelijk is in de vordering tot schadevergoeding;
veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door de verdachte ter verdediging tegen die vordering gemaakt, begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door
mr. Y.J. Wijnnobel-Van Erp, voorzitter,
mr. E.M.M. Smilde-Schölvinck, rechter,
mr. B.W. Mulder, rechter,
in tegenwoordigheid van mr. F.M. Schreuder, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 september 2018.
Mr. Wijnnobel-Van Erp is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer PL1500-2017342195, van de politie eenheid Den Haag, Dienst Regionale Recherche, afdeling thematische opsporing, team zeden, met bijlagen (doorgenummerd p. 1 t/m 345).
2.Proces-verbaal van verhoor getuige, p. 152-153.
3.Proces-verbaal van verhoor getuige, p. 161-162.
4.Proces-verbaal, p. 148.
5.Proces-verbaal van verhoor verdachte, p. 323 en 324. Verklaring verdachte ter terechtzitting van 4 september 2018.