ECLI:NL:RBDHA:2018:10916

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
31 juli 2018
Publicatiedatum
11 september 2018
Zaaknummer
NL18.134175
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvraag op grond van Dublin-regelgeving met betrekking tot Italië

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 31 juli 2018 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de afwijzing van een asielaanvraag. De eiser, geboren in 1990 en van Malinese nationaliteit, had op 6 april 2018 een herhaalde asielaanvraag ingediend. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, als verweerder, heeft de aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Italië volgens de Dublin-verordening verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag.

Tijdens de zitting op 31 juli 2018, waar de eiser en zijn gemachtigde niet aanwezig waren, heeft de rechtbank de zaak behandeld in combinatie met een andere zaak. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser geen nieuwe feiten of omstandigheden heeft aangevoerd die zouden rechtvaardigen dat zijn asielaanvraag niet in Italië behandeld zou worden.

De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan door rechter E.S.G. Jongeneel in aanwezigheid van griffier A. Nobel. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na bekendmaking.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummer: NL18.13175
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[eiser], eiser

(gemachtigde: mr. A. van der Toorn),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. L. Mol).

Procesverloop

Bij besluit van 6 juli 2018 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL18.13176, plaatsgevonden op 31 juli 2018. Eiser en zijn gemachtigde zijn, met bericht van verhindering, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk ter zitting uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Overwegingen

De rechtbank geeft hiervoor de volgende motivering.
Eiser is geboren op [geboortedatum] 1990 en heeft de Malinese nationaliteit.
Eiser heeft op 6 april 2018 een herhaalde asielaanvraag gedaan. Hij heeft niets nieuws naar voren gebracht ten opzichte van zijn vorige aanvraag. Hij heeft niet onderbouwd dat hij geen opvang krijgt in Italië en dat zijn asielaanvraag daar niet in behandeling wordt genomen.
Het beroep is ongegrond.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
De beslissing is in het openbaar uitgesproken door mr. E.S.G. Jongeneel, rechter, in aanwezigheid van mr. A. Nobel, griffier, op 31 juli 2018.
Dit proces-verbaal is digitaal ondertekend en bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van bekendmaking van dit proces-verbaal. Als hoger beroep is ingesteld, kan bij de voorzieningenrechter van de hogerberoepsrechter worden verzocht om het treffen van een voorlopige voorziening of om het opheffen of wijzigen van een bij deze uitspraak getroffen voorlopige voorziening.