In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 21 augustus 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen Troost Transport Middelharnis B.V. en Invorderingsbedrijf B.V. Troost vorderde in conventie de ontbinding van een serviceovereenkomst met IVB, die betrekking had op incassodiensten. Troost stelde dat IVB haar informatie- en verantwoordingsplicht had geschonden door onvoldoende inzicht te geven in de verrichte werkzaamheden en de bijbehorende kosten. IVB voerde verweer en stelde dat zij alle benodigde informatie via een online portal had verstrekt. De kantonrechter oordeelde dat Troost niet had aangetoond dat IVB haar verplichtingen had geschonden en wees de vorderingen van Troost af. In reconventie vorderde IVB betaling van openstaande facturen, die Troost niet had betwist. De kantonrechter kende IVB een totaalbedrag van € 3.496,66 toe, vermeerderd met wettelijke rente. Troost werd veroordeeld in de proceskosten.