ECLI:NL:RBDHA:2018:10338
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing visumaanvraag voor spiritueel leidster voor bezoek aan Hindutempel
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam op 23 augustus 2018 uitspraak gedaan over de afwijzing van visumaanvragen van drie Indiase verzoekers, waaronder een spiritueel leidster, door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De verzoekers hadden een voorlopige voorziening aangevraagd na de afwijzing van hun visumaanvragen op 6 juli 2018. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de verzoekers onvoldoende hebben aangetoond dat het doel van hun verblijf in Nederland, namelijk deelname aan een hindoefestival, niet als werk kan worden aangemerkt. De voorzieningenrechter oordeelde dat de spiritueel leidster een tewerkstellingsvergunning (twv) nodig heeft voor haar activiteiten in de tempel, en dat deze niet aanwezig was. De verzoekers voerden aan dat de visumaanvraag als toeristisch verblijf was bedoeld, maar de voorzieningenrechter oordeelde dat het voorgaan in de tempel een vorm van werk is, waarvoor een twv vereist is. De voorzieningenrechter wees de verzoeken om een voorlopige voorziening af, omdat de staatssecretaris zich op het standpunt kon stellen dat de aanvragen niet aan de vereisten voldeden. De ouders van de spiritueel leidster, die ook een visum hadden aangevraagd, konden niet los van haar aanvraag worden beoordeeld. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel werd eveneens afgewezen, omdat de verzoekers geen bewijs konden leveren van gelijke gevallen. De uitspraak werd gedaan door mr. H.J. Schaberg, in aanwezigheid van griffier mr. N. Vreede.