De Rechtbank Den Haag heeft op 17 augustus 2017 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 3 mei 2017 in 's-Gravenhage twee dozen parfum heeft gestolen uit een winkel van Douglas. De verdachte, geboren op een onbekende datum en thans gedetineerd, werd aangeklaagd voor winkeldiefstal. Tijdens de zitting op 3 augustus 2017 heeft de officier van justitie, mr. F. Bahadin, de verdachte beschuldigd van het ten laste gelegde feit, terwijl de verdediging, vertegenwoordigd door mr. B. Kuppens, zich refereerde aan het oordeel van de rechtbank. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte de dozen parfum heeft gestolen en dat hij eerder meerdere keren is veroordeeld voor soortgelijke feiten.
De rechtbank oordeelde dat het bewezenverklaarde feit, diefstal, strafbaar is en dat de verdachte ook strafbaar is. De officier van justitie heeft een ISD-maatregel van twee jaar geëist, gezien het strafblad van de verdachte en zijn negatieve houding ten opzichte van hulpverlening. De verdediging pleitte voor een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, maar de rechtbank oordeelde dat de ISD-maatregel noodzakelijk was om de veiligheid van goederen te waarborgen en om de verdachte de kans te geven op gedragsverandering. De rechtbank legde de maatregel voor de maximale termijn van twee jaar op, zonder aftrek van voorarrest.
Daarnaast heeft de rechtbank beslist over de inbeslaggenomen goederen. De parfum werd teruggegeven aan Douglas, de crème aan de verdachte, en de schooltas werd verbeurd verklaard. De rechtbank heeft de beslissing gegrond op de artikelen 24, 33, 33a, 38m, 38n, 38s en 310 van het Wetboek van Strafrecht. De uitspraak benadrukt de ernst van winkeldiefstal en de impact op de samenleving, evenals de noodzaak van een ISD-maatregel voor stelselmatige daders.