ECLI:NL:RBDHA:2017:9827

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 augustus 2017
Publicatiedatum
30 augustus 2017
Zaaknummer
C/09/534174 / KG ZA 17-769
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Onrechtmatig handelen door registratie en gebruik van domeinnamen zonder toestemming

In deze zaak, die op 17 augustus 2017 door de Rechtbank Den Haag is behandeld, vorderden de Gemeente Bodegraven-Reeuwijk en de burgemeester, vertegenwoordigd door hun advocaat mr. E.F. Vaal, een verbod op het gebruik van de domeinnaam burgemeesterchristiaanvanderkamp.nl door de gedaagde. De eisers stelden dat de gedaagde onrechtmatig handelde door deze domeinnaam te registreren en te gebruiken zonder toestemming, wat hen schade toebracht. De gedaagde had de domeinnaam geregistreerd en een website gekoppeld die beschuldigingen aan het adres van de burgemeester en andere gemeentelijke functionarissen bevatte. De rechtbank oordeelde dat de registratie en het gebruik van de domeinnaam door de gedaagde onrechtmatig was, omdat dit de mogelijkheid van de burgemeester en de Gemeente om het publiek te informeren over hun functioneren belemmerde. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gedaagde de domeinnaam binnen 24 uur na betekening van het vonnis diende te staken en over te dragen aan de Gemeente, op straffe van een dwangsom. De vorderingen met betrekking tot andere domeinnamen werden afgewezen wegens gebrek aan spoedeisend belang. De proceskosten werden gecompenseerd, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Team handel - voorzieningenrechter
zaak- / rolnummer: C/09/534174 / KG ZA 17-769
Vonnis in kort geding van 17 augustus 2017
in de zaak van
1. de publiekrechtelijke rechtspersoon
GEMEENTE BODEGRAVEN-REEUWIJK,
zetelende te Bodegraven, gemeente Bodegraven-Reeuwijk,
2.
[de burgemeester],
wonende te [woonplaats ] , gemeente [gemeente ] ,
3.
[eisers sub 3 tot en met 30]

[eisers sub 3 tot en met 30]

wonende te [woonplaatsen] ,
eisers,
advocaat mr. E.F. Vaal te Breda,
tegen:
[gedaagde],
wonende te [woonplaats ] , gemeente [gemeente ] ,
gedaagde,
in persoon verschenen.
Eisers worden hierna gezamenlijk zoveel mogelijk aangeduid als ‘eisers’. Eiseres sub 1 zal hierna afzonderlijk worden aangeduid als ‘de Gemeente’ en eiser sub 2 als ‘de burgemeester’. Gedaagde zal hierna worden aangeduid als ‘ [gedaagde] ’.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 22 juni 2017, met producties;
- de brief van mr. Vaal van 7 augustus 2017, met productie;
- de op 9 augustus 2017 gehouden mondelinge behandeling, waarbij door beide partijen pleitnotities zijn overgelegd.
1.2.
Ter zitting is vonnis bepaald op heden.

2.De feiten

Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting wordt in dit geding van het volgende uitgegaan.
2.1.
Eisers sub 2 tot en met 29 vervullen of vervulden allen bestuurlijke of uitvoerende functies bij de Gemeente. Naast de functie van burgemeester (eiser sub 2) betreft het de functies van wethouder (eisers 3 tot en met 6), gemeenteraadslid (eisers 7 tot en met 23), oud-gemeenteraadslid (eisers sub 24 en 25), griffier (eiser sub 26), (assistent)griffier (eiser sub 27), gemeenteambtenaar (eisers sub 28 en 29) en gemeentesecretaris (eiser sub 30).
2.2.
Tussen [gedaagde] en de Gemeente bestaat een langslepend bestuursrechtelijk geschil, waarin [gedaagde] jegens de Gemeente aanspraak maakt op schadevergoeding wegens – kort gezegd – een wijziging van een bestemmingsplan. De Gemeente heeft deze aanspraak van [gedaagde] van de hand gewezen.
2.3.
[gedaagde] heeft de domeinnaam [domeinnaam 1] laten registreren. Aan deze domeinnaam heeft [gedaagde] een website gekoppeld, waarop hij zijn onvrede uit over (het functioneren en handelen van) de burgemeester en andere bij de Gemeente werkzame personen. [gedaagde] heeft daarnaast de domeinnaam [domeinnaam 31] geregistreerd. Hieraan heeft hij bovengenoemde website eveneens gekoppeld.
2.4.
[gedaagde] heeft vanuit het domein [domeinnaam 1] een e-mailadres aangemaakt, te weten [e-mailadres 1] , vanaf welk adres hij de burgemeester en gemeenteraadsleden heeft benaderd.
2.5.
[gedaagde] heeft daarnaast de volgende domeinnamen geregistreerd:
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
  • [domeinnamen 2 tot en met 30]
2.6.
Eisers hebben [gedaagde] verzocht en (vervolgens) gesommeerd om de domeinnaam [domeinnaam 1] en de onder 2.5 genoemde domeinnamen vrijwillig over te dragen en niet langer gebruik te maken van het onder 2.4 bedoelde e-mailadres. [gedaagde] is niet overgegaan tot een vrijwillige overdracht van de desbetreffende domeinnamen.

3.Het geschil

3.1.
Eisers vorderen – zakelijk weergegeven – bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. veroordeling van [gedaagde] tot het staken en gestaakt houden van de registratie, instandhouding en/of het gebruik van de domeinnamen, bestaande uit onder meer de namen van eisers al dan niet in combinatie met hun publieke functies en alle mogelijk denkbare variaties hierop, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom;
II. veroordeling van [gedaagde] tot het binnen twee dagen overdragen van de domeinnaam [domeinnaam 1] en de onder 2.5 genoemde domeinen, zulks met de bepaling dat dit vonnis in de plaats zal treden van de hiervoor noodzakelijke wilsverklaring van [gedaagde] ;
III. veroordeling van [gedaagde] in de proces- en nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.2.
Daartoe voeren eisers – samengevat – aan dat zij als gevolg van de registratie, het in stand houden en/of het gebruik van bedoelde domeinnamen door [gedaagde] schade lijden. De betrokken individuen hebben er volgens eisers al dan niet vanuit hun publieke functie belang bij om de domeinnamen zelf te kunnen registreren en hieraan een eigen website te kunnen koppelen. Ook de Gemeente heeft er volgens eisers belang bij om het publiek via persoonlijke websites te informeren over haar bestuurders en medewerkers. Dit wordt echter door het handelen van [gedaagde] onmogelijk gemaakt. Voor zover de door [gedaagde] geëxploiteerde website (al dan niet gefundeerde) beschuldigingen bevat, geldt volgens eisers dat het koppelen van deze website aan domeinnamen met de persoonsnamen van eisers of het dreigen hiermee afbreuk doet aan hun integriteit, geloofwaardigheid en hun eer en goede naam. Daarnaast stellen eisers dat zij er recht op hebben niet in verband te worden gebracht met de beschuldigingen van [gedaagde] . Tevens wordt volgens eisers door [gedaagde] ten onrechte de suggestie gewekt dat eisers zich conformeren aan de inhoud van de website, hetgeen volgens hen uitdrukkelijk niet het geval is. Voorts wijzen eisers erop dat het voor [gedaagde] mogelijk is om vanuit de geregistreerde domeinen e-mailadressen aan te maken, zoals hij heeft gedaan vanuit het domein [domeinnaam 1] , en dat een reële dreiging bestaat dat hij zulks eveneens vanuit de overige domeinen zal doen. Het aldus registreren, in stand houden en gebruiken van domeinennamen alsmede het gebruik van een domeinnaamextensie met de persoonsnaam van de burgemeester in een e-mailadres, is naar de mening van eisers in strijd met de in het maatschappelijk verkeer in acht te nemen zorgvuldigheid en derhalve jegens hen onrechtmatig. Naar de mening van eisers is de registratie, instandhouding en het gebruik van bedoelde domeinnamen eveneens strijdig met het naamrecht (artikel 1:8 van het Burgerlijk Wetboek (BW)) en artikel 8 van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp). Voor zover de registratie, de instandhouding en het gebruik van bedoelde domeinnamen niet onrechtmatig is, stellen eisers dat [gedaagde] zich schuldig maakt aan misbruik van bevoegdheid in de zin van artikel 3:13, eerste lid, BW, nu hij de domeinnamen heeft geregistreerd met geen ander doel dan eisers te schaden.
3.3.
[gedaagde] voert gemotiveerd verweer, dat hierna, voor zover nodig, zal worden besproken.

4.De beoordeling van het geschil

4.1.
Vooropgesteld wordt dat domeinnamen slechts eenmaal worden uitgereikt, te weten aan degene die een domeinnaam het eerst doet registreren. Deze persoon is daarmee in beginsel de rechthebbende op de domeinnaam geworden. Dit lijdt echter uitzondering indien in rechte wordt geoordeeld dat door die registratie inbreuk wordt gemaakt op een merkrecht en/of handelsnaamrecht van een andere partij, dan wel anderszins geoordeeld wordt dat sprake is van onrechtmatige handelen van de registrerende partij.
4.2.
Eisers keren zich in deze procedure tegen a) de registratie en het in stand houden van de registratie van de domeinnaam [domeinnaam 1] en de in rov. 2.5 genoemde domeinnamen en b) het (dreigende) gebruik van deze domeinnamen door [gedaagde] .
4.3.
De voorzieningenrechter stelt allereerst vast dat – zoals tussen partijen ook niet ter discussie staat – [gedaagde] met de registratie en (dreigend) gebruik van bedoelde domeinnamen geen inbreuk maakt op een aan eisers toebehorend merkenrecht en hij zich evenmin schuldig maakt aan een schending van de Handelsnaamwet. Beoordeeld dient aldus te worden of [gedaagde] zich anderszins jegens eisers schuldig maakt aan primair onrechtmatig handelen dan wel subsidiair misbruik van bevoegdheid.
4.4.
Met de burgemeester en de Gemeente is de voorzieningenrechter voorshands van oordeel dat het zonder toestemming van de Gemeente en/of de burgemeester registreren, in stand houden en gebruiken door [gedaagde] van de domeinnaam [domeinnaam 1] jegens de Gemeente en de burgemeester onrechtmatig is.
4.4.1.
Daartoe is allereerst van belang dat de burgemeester en de Gemeente als gevolg van deze registratie door [gedaagde] de mogelijkheid is ontnomen om het publiek via een aan deze domeinnaam gekoppelde website te informeren over de burgemeester en de Gemeente. Hoewel [gedaagde] terecht heeft opgemerkt dat bedoelde domeinnaamregistratie als zodanig niet onrechtmatig is, is in dit geval sprake van bijkomende omstandigheden die de conclusie rechtvaardigen dat toch sprake is van onrechtmatig handelen van [gedaagde] . De burgemeester betreft immers een publiek figuur en voor de hand ligt dat het publiek zal trachten om aan de hand van een zoekterm, met daarin de naam van de burgemeester al dan niet in combinatie met zijn functie, informatie op het internet te vinden over de burgemeester en/of de Gemeente. De kans dat aan de hand van een dergelijke zoekterm de door [gedaagde] geëxploiteerde website zal worden bezocht, is hierbij aanzienlijk. Met de exploitatie van deze aan de domeinnaam [domeinnaam 1] gekoppelde website schept [gedaagde] een verwarrende situatie voor bezoekers van die website. Bezoekers verwachten immers op die website informatie aan te treffen van de hand van de burgemeester en/of de Gemeente. In plaats daarvan komen bezoekers terecht op een website met beschuldigingen aan het adres van zowel de burgemeester als diverse andere bij de Gemeente werkzame personen. Hoewel de gegrondheid van deze beschuldigingen in deze procedure niet ter beoordeling voorligt, is begrijpelijk dat de burgemeester niet via een aan deze domeinnaam gekoppelde website met deze beschuldigingen in verband wenst te worden gebracht. Dat de website een disclaimer bevat, ondervangt bedoelde verwarring in onvoldoende mate, nu deze disclaimer afzonderlijk dient te worden aangeklikt en in redelijkheid niet te verwachten valt dat het merendeel van de bezoekers van de website dit zal doen. Het registreren en vervolgens aldus gebruiken van de domeinnaam [domeinnaam 1] is naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter strijdig met de in het maatschappelijk verkeer in acht te nemen zorgvuldigheid. De burgemeester en de Gemeente hebben een voldoende spoedeisend belang om hiertegen in kort geding op te komen.
4.4.2.
Een op grond van het voorgaande jegens [gedaagde] uit te spreken veroordeling om ieder gebruik van de domeinnaam [domeinnaam 1] te staken en een veroordeling om deze domeinnaam over te dragen, impliceren een beperking van het aan [gedaagde] toekomende recht op vrijheid van meningsuiting. In dit geval wordt deze inperking echter gerechtvaardigd door het feit dat [gedaagde] bedoelde domeinnaam uitsluitend lijkt te hebben geregistreerd met doel om te fungeren als forum voor zijn beschuldigingen aan het adres van diverse bij de Gemeente werkzame personen en – zoals hiervoor is overwogen – voldoende aannemelijk is dat dit gebruik bij het publiek tot verwarring leidt. Tevens is relevant dat bedoelde veroordelingen [gedaagde] niet op disproportionele wijze belemmeren in het in de lucht houden van zijn website. [gedaagde] beschikt immers tevens over de domeinnaam [domeinnaam 31] , waaraan de gewraakte website eveneens is gekoppeld, zodat hij nog voldoende in staat is om zijn mening over de wijze waarop hij door de Gemeente is/wordt bejegend op het internet te verkondigen.
4.4.3.
Nadat [gedaagde] desgevraagd ter zitting heeft verklaard dat met het ontkoppelen van de website van de domeinnaam [domeinnaam 1] 24 uur zal zijn gemoeid, hebben de burgemeester en de Gemeente te kennen gegeven dat zij met deze termijn kunnen instemmen. De voorzieningenrechter zal dan ook deze termijn aan de veroordeling tot het staken van ieder gebruik van de bewuste domeinnaam verbinden. Oplegging van een dwangsom, als stimulans tot nakoming van de te geven beslissing, is aangewezen. De op te leggen dwangsom zal worden gematigd en gemaximeerd. Voorts zal er worden bepaald dat de op te leggen dwangsom vatbaar is voor matiging door de rechter, voor zover handhaving daarvan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn, mede in aanmerking genomen de mate waarin aan de veroordeling is voldaan, de ernst van de overtreding en de mate van verwijtbaarheid daarvan.
4.4.4.
Het door de burgemeester en de Gemeente gevorderde verbod om domeinnamen te registreren met alle denkbare combinaties van de naam en de functie van de burgemeester, dient als onvoldoende bepaalbaar te worden afgewezen.
4.4.5.
Aan de uit te spreken veroordeling tot het overdragen van de domeinnaam [domeinnaam 1] aan de Gemeente zal de gevorderde termijn van twee dagen na betekening van dit vonnis worden verbonden. Zoals gevorderd zal, voor het geval [gedaagde] zijn medewerking weigert, worden bepaald dat dit vonnis op de voet van artikel 3:300 BW in de plaats zal treden van de voor bedoelde overdracht noodzakelijke wilsverklaring van [gedaagde] .
4.5.
Vervolgens komt de voorzieningenrechter toe aan de vorderingen ten aanzien van de in rov. 2.5 bedoelde domeinnamen. Bij gebreke van een spoedeisend belang zijn deze vorderingen thans in kort geding niet toewijsbaar. Niet ter discussie staat immers dat [gedaagde] momenteel aan deze domeinnamen geen website of e-mailadres heeft gekoppeld. Dat sprake is van een reële dreiging dat [gedaagde] daartoe alsnog op korte termijn zal overgaan, is door eisers gesteld, maar onvoldoende aannemelijk gemaakt. Indien eisers tegen de registratie van deze domeinnamen wensen op te komen, zullen zij zich dienen te wenden tot het College voor Klachten en Beroep, die zal beoordelen of de registratie in strijd is met de openbare orde of goede zeden. Indien het College voor Klachten en Beroep tot het oordeel komt dat zulks het geval is, zal de Stichting Internet Domeinregistratie Nederland (SIDN) de domeinnaamhouder het gebruik van de domeinnaam ontzeggen en de inschrijving daarvan doorhalen. Ten overvloede overweegt de voorzieningenrechter dat wanneer [gedaagde] alsnog overgaat tot het koppelen van de door hem geëxploiteerde website of een door hem te gebruiken e-mailadres aan bedoelde domeinnamen, mogelijkerwijs wel aanleiding kan bestaan voor een ingrijpen in kort geding.
4.6.
In de omstandigheid dat beide partijen deels in het ongelijk zijn gesteld, ziet de voorzieningenrechter aanleiding om de proceskosten te compenseren.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter:
5.1.
veroordeelt [gedaagde] om ieder gebruik van de domeinnaam [domeinnaam 1] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis te staken en gestaakt te houden, zulks op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 2.500,-- per dag of dagdeel dat [gedaagde] in gebreke blijft aan deze veroordeling te voldoen, zulks met een maximum van € 50.000,--;
5.2.
bepaalt dat bovenstaande dwangsom vatbaar is voor matiging op de wijze zoals onder 4.4.3. is vermeld;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] om de domeinnaam [domeinnaam 1] binnen twee dagen na de betekening van dit vonnis aan de Gemeente over te dragen en bepaalt dat wanneer [gedaagde] in gebreke blijft aan deze veroordeling te voldoen, dit vonnis in de plaats zal treden van de voor deze overdracht noodzakelijke wilsverklaring van [gedaagde] ;
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.5.
bepaalt dat iedere partij de eigen kosten draagt;
5.6.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H.I.J. Hage en in het openbaar uitgesproken op 17 augustus 2017.
mw