ECLI:NL:RBDHA:2017:9679
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van niet aannemelijke identiteit en nationaliteit
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 augustus 2017 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, die stelt de Somalische nationaliteit te bezitten, heeft een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel. Deze aanvraag is door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie afgewezen als kennelijk ongegrond. Eiser heeft tegen deze afwijzing beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 27 juli 2017 is eiser verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde, en is er een tolk aanwezig geweest.
Eiser heeft zijn asielaanvraag onderbouwd met de stelling dat hij Somalië heeft moeten verlaten vanwege de aanwezigheid van Al Shabaab. De staatssecretaris heeft echter de identiteit, nationaliteit en herkomst van eiser als niet geloofwaardig beoordeeld. Eiser is op een Tanzaniaans paspoort met een Italiaans visum naar Nederland gekomen, maar heeft geen bewijs geleverd dat de in het paspoort vermelde gegevens onjuist zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser inconsistenties vertoont in zijn verklaringen en dat hij valse informatie heeft verstrekt.
De rechtbank concludeert dat eiser zijn identiteit, nationaliteit en herkomst niet aannemelijk heeft gemaakt. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.