Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
1 juli 2013tot en met 17
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en levensgevaar voor een ander te duchten is;
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod;
overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan.
5.De strafbaarheid van verdachte
6.De strafoplegging
7.De vordering van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
8.De toepasselijke wetsartikelen
9.De beslissing
: opzettelijk brand stichten, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen en levensgevaar voor een ander te duchten is;
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 onder B van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan;
360 (driehonderdzestig) dagen, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde:
120 (honderdtwintig) dagen;