ECLI:NL:RBDHA:2017:780
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Besluit tot niet in behandeling nemen van asielaanvraag en overdracht aan Duitsland
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 januari 2017 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de asielaanvraag van eiser, een Georgische nationaliteit houder. Eiser had op 24 november 2016 een asielaanvraag ingediend, maar verweerder, de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, heeft deze aanvraag bij besluit van 12 januari 2017 niet in behandeling genomen. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. Tijdens de zitting op 27 januari 2017 zijn eiser en zijn gemachtigde niet verschenen, terwijl verweerder zich wel heeft laten vertegenwoordigen.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag van eiser, aangezien Nederland Duitsland heeft verzocht om eiser terug te nemen en Duitsland hiermee heeft ingestemd. Eiser heeft aangevoerd dat hij vreest teruggestuurd te worden naar Georgië, maar de rechtbank oordeelt dat hij dit niet heeft onderbouwd. De rechtbank concludeert dat de asielaanvraag van eiser nog in behandeling is in Duitsland en dat hij daar rechtsmiddelen ter beschikking heeft indien hij het niet eens is met de uitkomst van de procedure.
De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Eiser kan binnen één week na verzending van het proces-verbaal hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.