ECLI:NL:RBDHA:2017:5600
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Chr.A.J.F.M. Hensen
- C.W. de Wit
- A. Dantuma-Hieronymus
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in jachtzaak betreffende beschermde diersoorten
Op 24 mei 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het doden en verwonden van beschermde diersoorten, waaronder houtsnippen en kuifeenden, tijdens jachtpartijen in Voorschoten. De zaak kwam voor de meervoudige strafkamer na verwijzing door de economische politierechter. De officier van justitie, mr. M.C. Plantenga, eiste bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten, terwijl de verdediging, vertegenwoordigd door mr. P.C.H. van Schooten, vrijspraak bepleitte op basis van het ontbreken van wettig en overtuigend bewijs.
Tijdens de zittingen werd getuigenis afgelegd door een vogelaar die de jachtpartij had waargenomen en meldde dat er houtsnippen waren opgevlogen na het horen van schoten. De rechtbank concludeerde echter dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte daadwerkelijk op de houtsnippen had gejaagd of dat deze door schoten waren gedood. Evenzo werd voor de kuifeenden niet bewezen dat de verdachte deze had gedood of onder zich had. De rechtbank oordeelde dat de alternatieve scenario's van de verdediging niet konden worden uitgesloten, wat leidde tot de vrijspraak van alle tenlastegelegde feiten.
De rechtbank verklaarde dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte de feiten had begaan en sprak hem vrij. Dit vonnis werd uitgesproken door de rechters Chr.A.J.F.M. Hensen, C.W. de Wit en A. Dantuma-Hieronymus, met mr. M. Heirman-Huisman als griffier.