3.5De bewezenverklaring
De rechtbank verklaart bewezen dat verdachte:
1.
op 18 december 2016 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [slachtoffer] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag en twee kettingen, toebehorende aan anderen dan aan verdachte:
- naar het portiek behorende bij de woning van die [slachtoffer] is gegaan en
- aldaar op korte afstand van die [slachtoffer] twee uitgeschoven (stanley)messen uit zijn zakken heeft gepakt en aan die [slachtoffer] heeft getoond en
- die [slachtoffer] vervolgens heeft achtervolgd op de trap van het portiek en
- ( vervolgens) op korte afstand van die [slachtoffer] met één of meer messen zwaaiende bewegingen heeft gemaakt in de richting van die [slachtoffer] en
- die [slachtoffer] dreigend de woorden: "Woensdag maak ik je dood", althans woorden van dergelijke dreigende aard of strekking heeft toegevoegd en
- tegen die [slachtoffer] heeft gezegd dat hij zijn twee kettingen en
een geldbedragterug wil,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
2.
op 18 december 2016 te ’s-Gravenhage [slachtoffer] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend:
- op korte afstand van die [slachtoffer] twee uitgeschoven (stanley)messen uit zijn zakken gepakt en aan die [slachtoffer] getoond en
- die [slachtoffer] vervolgens achtervolgd op de trap van het portiek en
- ( vervolgens) op korte afstand van die [slachtoffer] met één of meer messen zwaaiende bewegingen gemaakt in de richting van die [slachtoffer] en
- die [slachtoffer] dreigend de woorden: "Woensdag maak ik je dood", althans woorden van dergelijke dreigende aard of strekking heeft toegevoegd.
Voor zover in de tenlastelegging type- en taalfouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.