ECLI:NL:RBDHA:2017:2523
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding met nevenvoorzieningen en verdeling huwelijkse gemeenschap
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 maart 2017 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure tussen een man en een vrouw, die in gemeenschap van goederen waren gehuwd. De vrouw had een verzoek ingediend tot echtscheiding met nevenvoorzieningen, waaronder partneralimentatie en de verdeling van de huwelijksgemeenschap. De rechtbank heeft vastgesteld dat het huwelijk duurzaam is ontwricht en heeft de echtscheiding uitgesproken. De vrouw heeft een behoefte aan partneralimentatie van € 3.754 per maand gesteld, terwijl de man verweer heeft gevoerd en heeft verzocht om de alimentatie te verlagen. De rechtbank heeft geoordeeld dat de vrouw haar behoefte voldoende heeft onderbouwd en heeft de alimentatie toegewezen. De rechtbank heeft ook de verdeling van de huwelijksgemeenschap vastgesteld, waarbij de peildatum voor de verdeling is vastgesteld op 16 maart 2016. De rechtbank heeft bepaald dat de echtelijke woning verkocht zal worden en dat de overwaarde tussen partijen zal worden verdeeld. Daarnaast zijn de saldi van de bankrekeningen en de waarde van de levensverzekeringen bij helfte verdeeld. De man is verplicht om aan de vrouw een bedrag van € 3.754 per maand te betalen als partneralimentatie, en er zijn verdere financiële afspraken gemaakt met betrekking tot de verdeling van de activa en passiva van de huwelijksgemeenschap.