Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
de minister van Buitenlandse Zaken,
[eiseres] , geboren [geboortedag] 1933, eiseres en
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
Procesverloop
Overwegingen
- een memorandum van 24 juni 2016 van Cluster Ambtsberichten en Terugkeer (CAT) aan de Chef de Poste van de Ambassade van het Koninkrijk der Nederlanden (AKN) te Beiroet;
- een onderzoeksverslag van 11 januari 2017 van AKN te Beiroet aan CAT.
Onderzoeksresultatengemarkeerd met het cijfer (1). Voorts heeft verzoeker bij brief van 28 augustus 2017 uiteengezet waarom hij de opgevraagde informatie niet openbaar maakt en waarom er een zwaarwegend belang bestaat bij bronbescherming en de bescherming van de methoden en technieken van onderzoek.
Onderzoeksresultatendoorslaggevend gewicht zou moeten worden toegekend bij de beoordeling van de rechtvaardiging van de beperkte kennisname, overweegt de rechtbank als volgt.
equality of arms) en het recht op een procedure op tegenspraak (
adversarial proceedings), als algemeen aanvaard rechtsbeginsel, dat aan artikel 6 EVRM mede ten grondslag ligt, geldt immers evenzeer binnen de nationale rechtsorde en evenzeer los van die verdragsbepaling. Zoals het EHRM heeft overwogen in het arrest van 8 oktober 2015 in de zaak Korošec tegen Slovenië (ECLI:CE:ECHR:2015:1008JUD007721212) is de kern van het beginsel van equality of arms erin gelegen dat tussen partijen evenwicht moet bestaan met betrekking tot de mogelijkheid om bewijsmateriaal aan te dragen. Dit stelt de bestuursrechter in staat om een onafhankelijk en onpartijdig oordeel te geven.
Beslissing
- bepaalt dat de beperking van de kennisneming van de vertrouwelijke gedeelten in het onderzoeksverslag van 11 januari 2017, voor zover betreffende het nummer van registratie en de plaats van registratie niet gerechtvaardigd is;
- bepaalt dat de beperking van de kennisneming van de vertrouwelijke gedeelten van het memorandum van 24 juni 2016 en de overige gedeelten in het onderzoeksverslag van 11 januari 2017 gerechtvaardigd is.