ECLI:NL:RBDHA:2017:16288
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit staatssecretaris van Justitie en Veiligheid inzake asielaanvraag en overdracht naar Italië
In deze zaak heeft eiser, een Nigeriaanse nationaliteit bezittende man, beroep ingesteld tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid van 29 november 2017, waarin zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd werd afgewezen. De zitting vond plaats op 29 december 2017 in Middelburg, waar de rechtbank de zaak samen met een andere zaak behandelde. Eiser heeft op 8 september 2017 een asielaanvraag ingediend, maar de rechtbank oordeelde dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvraag op basis van de Dublinverordening.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen medische redenen zijn die de overdracht aan Italië zouden belemmeren. Eiser stelde dat hij in Italië niet adequaat geholpen zou worden, maar de rechtbank vond deze stelling onvoldoende onderbouwd. Er was geen bewijs dat eiser op dat moment onder medische behandeling stond of dat zijn gezondheidstoestand een overdracht in de weg zou staan. De rechtbank concludeerde dat de staatssecretaris geen aanleiding had om de asielaanvraag aan zich te trekken of om aanvullende garanties te vragen. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak werd gedaan door rechter mr. W. Toekoen, in aanwezigheid van griffier mr. A.A. Dijk, en werd openbaar uitgesproken op 29 december 2017. Tegen deze uitspraak kan binnen één week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.