3.3Feit 1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de rechtbank wettig en overtuigend bewezen zal verklaren dat de verdachte de onder 1 primair ten laste gelegde verkrachting heeft begaan.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft bepleit dat de verdachte van dit feit wordt vrijgesproken. Hij heeft daartoe aangevoerd dat de verklaringen van [slachtoffer] op essentiële punten niet consistent en realistisch zijn. Dit maakt dat de verklaringen van [slachtoffer] onbetrouwbaar en ongeloofwaardig zijn. Volgens de verdediging mogen de verklaringen dan ook niet worden gebezigd voor het bewijs. Omdat ook het benodigde steunbewijs ontbreekt, is er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs voor het onder 1 ten laste gelegde feit.
De raadsman heeft een voorwaardelijk verzoek gedaan tot het verrichten van een deskundigenonderzoek (contra-expertise) naar de geloofwaardigheid van de verklaringen van [slachtoffer] , uit te voeren door prof. [naam] .
De beoordeling van de tenlastelegging
Uit het dossier en het verhandelde ter terechtzitting leidt de rechtbank ten aanzien van feit 1 het volgende af.
Aangifte en verklaringen [slachtoffer]
Aangever [aangever] heeft bij de politie verklaard dat zijn dochter [slachtoffer] van 12 jaar oud op 12 januari 2017 is verkracht door een zekere [naam] , nadat die [naam] had gedreigd om naaktfoto’s van [slachtoffer] online te zetten.
[aangever] heeft namens [slachtoffer] aangifte gedaan van afpersing, chantage, aanranding en verkrachting.
[slachtoffer] heeft op 13 januari 2017 bij de politie verklaard dat zij op een gegeven moment een appje kreeg van [naam] waarin stond dat hij een naaktfoto van haarzelf, die zij rond 20 december 2016 had gemaakt, had gezien. [naam] beloofde haar te helpen zodat deze foto niet zou worden doorgestuurd of online kwam te staan. Enige tijd later zei [naam] dat hij boos was en dat [slachtoffer] tot zondag de tijd had om met hem af te spreken. Nadat [slachtoffer] vertelde dat zij niet kon afspreken, vertelde [naam] dat een jongen genaamd [naam] de naaktfoto’s had. Als [slachtoffer] niet 100 euro zou geven of ‘het’ met hem zou doen, zou [naam] de foto’s online zetten. Vervolgens zei [naam] dat [slachtoffer] ‘het’ ook met hem mocht doen. [slachtoffer] zei dat zij dit niet wilde, maar ze kon niet aan 100 euro komen. Daarom besloot ze ‘het’ toch maar met hem te doen.
[slachtoffer] werd op 12 januari 2017 door [naam] opgehaald bij de Mc Donalds. Zij gingen naar zijn huis en gingen naar boven. Zijn moeder mocht niet weten dat [slachtoffer] er was, dus ze moest zachtjes naar boven gaan. [naam] zei toen dat [slachtoffer] haar broek uit moest doen. [slachtoffer] zei dat zij dat niet wilde. Hij zei toen dat ze het moest doen, omdat ze het had beloofd. [naam] ging naar een andere kamer om een condoom om te doen. Toen hij terugkwam was de deurklink uit de deur, waardoor [slachtoffer] de deur niet open kon doen. Toen heeft [slachtoffer] het met hem gedaan. Zijn lul ging er toen in en dat voelde niet fijn. [slachtoffer] zat bovenop [naam] , die haar aan haar benen vasthield. Het duurde nog geen tien minuten. Toen [slachtoffer] wegging, stond [naam] ( [naam] , een vriend van de verdachte) voor de deur.
Toen ze thuis was zei [naam] via de app tegen [slachtoffer] dat hij haar niet meer nodig had, omdat hij het nu met haar had gedaan. Ongeveer vijf minuten later kwamen de naaktfoto’s van [slachtoffer] alsnog online. Zij was daarin getagd.
[slachtoffer] heeft voorts verklaard dat [naam] eigenlijk [naam] heet, maar dat niemand dit mocht weten. Volgens haar is hij 14 of 15 jaar oud. Verder is hij best stevig, rond de 1.60/1.65 meter, heeft hij zwart haar en is hij getint.
Op 15 januari 2017 heeft [slachtoffer] bij de politie aanvullend verklaard dat zij bij [naam] thuis kwam en dat hij gebaarde dat zij mee naar boven moest lopen. In de slaapkamer van [naam] vroeg [slachtoffer] een paar keer aan hem of er geen andere oplossing was, omdat ze dit echt niet wilde. Maar [naam] zei: “je gaat het toch gewoon doen”. [naam] lag op het matras op de grond en trok [slachtoffer] op zich.
Appgesprekken
Dat verschillende appgesprekken tussen [slachtoffer] en iemand die zich [naam] noemt hebben plaatsgevonden, staat niet ter discussie. Die appgesprekken komen overeen met hetgeen [slachtoffer] daarover heeft verklaard en bevestigen tevens dat [slachtoffer] aan het einde van de middag van 12 januari 2016 met [naam] bij de McDonalds heeft afgesproken om mee naar zijn huis te gaan en daar seks te hebben.
Tussen [slachtoffer] en haar vriendin [naam] heeft op 12 januari 2016 rond 19:15 uur ook een appgesprek plaatsgevonden. [slachtoffer] heeft onder meer aan [naam] heeft geappt: “Er zaten gaten in de connie”, “Zegt die net” en “Wat moet ik doen”.
Hierover heeft [naam] bij de politie verklaard dat zij wist dat er naaktfoto’s van [slachtoffer] waren. [naam] verklaarde verder dat [slachtoffer] haar op de avond van het voorval heeft geappt dat zij door [naam] was gedwongen om seks te hebben en dat [slachtoffer] daarom zelfmoord wilde plegen.
Voorts heeft tussen [slachtoffer] en [naam] een appgesprek plaatsgevonden. Op 12 januari 2017 om 19:51 uur appt [naam] naar [slachtoffer] “hij zegt hij heb jou geneukt is dat zo”. Dit wordt bevestigd door [slachtoffer] . Zij verontschuldigt zich en zegt dat hij gezegd had dat er gaatjes in die connie (naar de rechtbank begrijpt: condoom) zaten en dat ze nu zwanger kan zijn. Vervolgens vraagt [naam] of ze van hem moest, waarop [slachtoffer] zegt dat het moest want “anders haar foto’s”.
Onderzoek door de politie
[slachtoffer] had app-contact gehad met [naam] . Deze persoon maakte daarbij gebruik van [telefoonnummer] . Blijkens een zoekslag in de politiesystemen, heeft [verdachte] , geboren op [geboortedatum] 2002 (te weten de verdachte), twee verhoren afgelegd en tijdens die verhoren verklaard dat zijn straatnaam [naam] is. Op 24 juni 2016 heeft [verdachte] gebeld met de politie over een ruzie. Hierbij maakte hij gebruik van [telefoonnummer] .
De politiefoto van [verdachte] werd getoond aan [slachtoffer] . Daarop verklaarde zij: “dit is de [naam] die mij verkracht heeft”.
De politie heeft naar aanleiding van de aangifte een onderzoek ingesteld in de woning van de verdachte. In één van de kamers van de woning zag de politie een bed, met daarop een gedeelte van een deurklink. Verder lag er een los matras op de grond.
De verdachte verklaarde bij de politie dat hij het [telefoonnummer] niet kende, maar dat de status, zoals deze op de screenshot van de WhatsApp-wisseling tussen [slachtoffer] en [naam] stond, wel gelijk was aan de status die de verdachte gebruikt. Ook de profielfoto van het WhatsApp-account van dit nummer was gelijk aan zijn profielfoto. Bij het beluisteren van de voicemail, die te horen was als [telefoonnummer] werd gebeld, gaf de verdachte aan dat dit zijn voicemail was. Blijkens onderzoek is het telefoonnummer op naam gesteld van [naam] , [adres] de vader van de verdachte.
De verdachte heeft in zijn tweede verhoor verklaard dat hij [slachtoffer] op 12 januari 2017 heeft opgehaald bij de Mc Donalds en heeft meegenomen naar zijn huis. Hij heeft steeds ontkend dat hij haar seksueel misbruikt heeft.
Het oordeel van de rechtbank
Op grond van vorenstaande bewijsmiddelen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte degene is geweest die met [slachtoffer] heeft geappt onder de naam [naam] . De beschrijving van [naam] , oftewel [verdachte] , door [slachtoffer] komt overeen met de verschijning van de verdachte, namelijk ongeveer 14 jaar oud en 1.60 meter lang, een stevig postuur, zwart haar en licht getint. Voorts heeft [slachtoffer] bij de politie – nadat haar een foto werd getoond van de verdachte – aangegeven dat dit de [verdachte] is die haar heeft verkracht. Naar het oordeel van de rechtbank bestaat er, gelet op de hiervoor aangehaalde bewijsmiddelen, bovendien geen twijfel over dat het de verdachte was met wie [slachtoffer] appte.
De rechtbank acht de verklaring van de verdachte, inhoudende dat iemand anders via zijn account zou hebben geappt met [slachtoffer] , niet aannemelijk. Deze verklaring wordt niet ondersteund door enig bewijsmiddel. Bovendien werd bij de verdachte een situatie aangetroffen die op specifieke onderdelen, namelijk ten aanzien van de deurklink en het matras op de grond, volledig overeenkwam met de verklaring van [slachtoffer] en heeft de verdachte ook verklaard dat hij [slachtoffer] die dag heeft ontmoet bij Mc Donalds en heeft meegenomen naar huis.
De rechtbank is verder van oordeel dat op grond van vorenstaande bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen is dat [slachtoffer] is gedwongen tot seks met [naam] . Haar verklaringen zijn zeer gedetailleerd en consistent. [slachtoffer] verklaart gedetailleerd over de kamer van de verdachte en de seksuele handelingen die daar zijn verricht, de dingen die zijn gezegd en hoe lang dit alles heeft geduurd. Deze verklaringen worden op belangrijke punten ondersteund door andere bewijsmiddelen. De rechtbank bezigt als steunbewijs de verschillende appgesprekken tussen [slachtoffer] en [naam] , [slachtoffer] en [naam] en [slachtoffer] en [naam] .
De rechtbank is derhalve van oordeel dat het verweer van de raadsman met betrekking tot de betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer] geen doel treft.
Voorwaardelijk verzoek tot deskundigenonderzoek
De rechtbank ziet om die reden geen noodzaak voor het ter terechtzitting gedane voorwaardelijke verzoek van de raadsman om een deskundigenonderzoek , zodat het voorwaardelijk verzoek van de raadsman tot een deskundigenonderzoek door prof. [naam] naar de betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer] wordt afgewezen.
De rechtbank acht derhalve wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte [slachtoffer] , door te dreigen met het openbaar maken van naaktfoto’s, heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen die bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van [slachtoffer] . Dit feit kan naar het oordeel van de rechtbank worden gekwalificeerd als verkrachting, zoals onder feit 1 primair ten laste gelegd.