ECLI:NL:RBDHA:2017:14588
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet in behandeling nemen van asielaanvraag op grond van interstatelijk vertrouwensbeginsel
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 30 november 2017 uitspraak gedaan in de bodemzaak met zaaknummers NL17.12854 en NL17.12855. Eiser, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, heeft beroep ingesteld tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, waarin de aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling is genomen. Dit besluit is genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag, conform het Dublin-systeem.
Eiser heeft tevens een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend om te voorkomen dat hij aan Italië wordt overgedragen. Tijdens de zitting op 30 november 2017 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. De rechtbank heeft na de zitting onmiddellijk uitspraak gedaan. In de uitspraak verklaart de rechtbank het beroep ongegrond en wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
De rechtbank overweegt dat, hoewel er problemen zijn in de opvang van asielzoekers in Italië, de situatie daar niet vergelijkbaar is met die in Griekenland, zoals vastgesteld in eerdere jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris nog steeds mag uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel ten aanzien van Italië, en dat eiser, als Dublinclaimant, recht heeft op een deugdelijke behandeling van zijn asielaanvraag. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na verzending van het proces-verbaal.