ECLI:NL:RBDHA:2017:14568

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 december 2017
Publicatiedatum
11 december 2017
Zaaknummer
NL17.12470
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Proces-verbaal
Rechters
  • T.J. Sleeswijk Visser
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen niet in behandeling nemen van asielaanvraag op grond van meerderjarige leeftijd

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 5 december 2017 uitspraak gedaan in het beroep van eiser tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser had op 6 juli 2017 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze aanvraag werd niet in behandeling genomen omdat Italië verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de aanvraag. Eiser stelde dat hij minderjarig was en dat verweerder ten onrechte uitging van de geboortedatum zoals geregistreerd in Duitsland. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat de geregistreerde geboortedatum onjuist is. Eiser heeft geen identificerende documenten overgelegd die zijn stelling onderbouwen. De rechtbank oordeelde dat de doopakte die eiser had overgelegd niet als bewijs kon dienen voor zijn identiteit en dat de verklaring van Nidos niet voldoende deskundigheid bood om een uitspraak te doen over de leeftijd van eiser. De rechtbank concludeerde dat verweerder terecht de geboortedatum zoals geregistreerd in Duitsland heeft gehanteerd en dat er geen aanleiding was voor een leeftijdsonderzoek. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gedaan en partijen werden op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na verzending van het proces-verbaal.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats 's-Gravenhage
Bestuursrecht
zaaknummer: NL17.12470
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van 5 december 2017 in de zaak tussen

[eiser], eiser

(gemachtigde: mr. A. Szirmai),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder

(gemachtigde: mr. E. Söylemez).

Procesverloop

Bij besluit van 8 november 2017 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser van 6 juli 2017 tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL17.12471, plaatsgevonden op 5 december 2017. Eiser is verschenen, bijgestaan door [persoon A], waarnemer van de gemachtigde van eiser. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Tevens is ter zitting verschenen T. Tzegai, als tolk.
Na afloop van de behandeling van de zaak ter zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Overwegingen

De rechtbank geeft hiervoor de volgende motivering.
Eiser heeft aangevoerd dat verweerder ten onrechte uitgaat van de geboortedatum [geboortedatum] 1991, zoals die in Duitsland staat geregistreerd. Eiser stelt minderjarig te zijn en dat verweerder daarom ten onrechte zijn aanvraag niet in behandeling heeft genomen.
De rechtbank is van oordeel dat verweerder terecht is uitgegaan van de geboortedatum zoals deze in Duitsland staat geregistreerd. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat de in Duitsland geregistreerde geboortedatum onjuist is. Eiser heeft geen identificerende documenten overgelegd. De door hem overgelegde doopakte kan niet als zodanig worden aangemerkt, omdat een doopakte geen informatie geeft over iemands identiteit. De verklaring van Nidos kan eiser evenmin baten. Nidos beschikt niet over de vereiste deskundigheid om uitspraak te kunnen doen over eisers leeftijd. Mede in aanmerking genomen dat eiser niet heeft kunnen verklaren waarom de registratie in Duitsland niet juist is, heeft verweerder in deze verklaring van Nidos dan ook geen aanleiding hoeven zien een leeftijdsonderzoek aan te bieden.
Dat verweerder ten onrechte ten aanzien van Italië van het interstatelijk vertrouwensbeginsel uitgaat, volgt de rechtbank evenmin. Anders dan eiser aanvoert, heeft verweerder de door eiser aangehaalde rapporten voldoende en in onderlinge samenhang betrokken bij zijn besluitvorming.
Het beroep is ongegrond.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T.J. Sleeswijk Visser, rechter, in aanwezigheid van mr. M.E. Pluymaekers, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 5 december 2017.
griffier
rechter
Afschrift verzonden of digitaal ter beschikking gesteld aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na de dag van verzending van het proces-verbaal van deze uitspraak of na de dag van plaatsing daarvan in het digitale dossier. Als hoger beroep is ingesteld, kan bij de voorzieningenrechter van de hogerberoepsrechter worden verzocht om het treffen van een voorlopige voorziening of om het opheffen of wijzigen van een bij deze uitspraak getroffen voorlopige voorziening.