Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 maart 2016;
- de akte tot het overleggen van producties van 23 maart 2016, met producties 1 tot en met 12;
- de conclusie van antwoord van 18 mei 2016, met producties 1 tot en met 17, waaronder een proceskostenopgave op basis van artikel 1019h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv.);
- het tussenvonnis van 15 juni 2016 waarin een comparitie van partijen wordt bevolen;
- de op 7 september 2016 ontvangen akte overlegging producties van Tok met producties 13 tot en met 16;
- de op 7 september 2016 ontvangen akte overlegging producties van NoL met productie 18;
- de op 9 september 2016 ontvangen akte overlegging producties van Tok met productie 17;
- de op 13 september 2016 ontvangen akte overlegging producties van NoL met producties 19 t/m 21;
- het proces-verbaal van comparitie van 21 september 2016 en het ter zitting door Tok overgelegde geactualiseerde proceskostenoverzicht.
2.De feiten
het Uniewoordmerk MIRAS, ingeschreven onder nummer 003567617 op 10 januari 2006 (hierna: het woordmerk) voor diverse waren (voedingsmiddelen) in de klassen 29, 30 en 31;
3.Het geschil
4.De beoordeling
Céline) [4] .
waren, de diensten waarvoor NoL het teken gebruikt, namelijk het aanbieden van de specifieke (soort) waren waarvoor ook het woordmerk is ingeschreven, soortgelijk moeten worden geacht aan laatstgenoemde waren [6] .
Nokia/Nokta)). Aangezien de voorbehouden handelingen van artikel 9 UMVo lid 3 enige vorm van gebruik vereisen, is het enkele inschrijven geen voorbehouden handeling in de zin van die bepaling. Hetzelfde zal moeten gelden voor het ingeschreven
houdenof in oppositie verdedigen van het merk. Ten aanzien van de
dreigendeinbreuk door genoemd handelen is door Tok, in het licht van de betwisting door NoL, onvoldoende gesteld.