ECLI:NL:RBDHA:2017:13946
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de hoogte van de verschuldigde BPM bij registratie van een geïmporteerde auto
In deze zaak heeft eiseres, een B.V. gevestigd te [vestigingsplaats], beroep ingesteld tegen de beslissing van de inspecteur van de Belastingdienst/Belastingen, kantoor [plaats], die haar bezwaar tegen de hoogte van de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (Bpm) ongegrond had verklaard. De auto, geproduceerd in 2015, had een datum eerste toelating in Duitsland van 11 januari 2016. Eiseres had op 21 februari 2017 Bpm voldaan op basis van het in 2016 geldende tarief, maar stelde dat het in 2015 geldende tarief van toepassing moest zijn, omdat vergelijkbare voertuigen dat tarief hadden gekregen. De rechtbank oordeelde dat eiseres niet had aangetoond dat de auto in 2015 op kenteken was gezet in Duitsland, en dat de registratie in Nederland in 2017 onder het in 2016 geldende tarief viel. De rechtbank verwierp ook het argument van eiseres dat de weigering om het 2015-tarief toe te passen in strijd was met het Unierecht, omdat niet was aangetoond dat de auto eerder in 2015 op kenteken was gezet. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.