ECLI:NL:RBDHA:2017:13358
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardig asielrelaas en relatieproblemen
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 november 2017 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Iraanse man geboren in 1987, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie was afgewezen. De rechtbank heeft de afwijzing van de asielaanvraag beoordeeld, waarbij de geloofwaardigheid van het asielrelaas centraal stond. Eiser had gesteld dat hij problemen ondervond door een relatie met een vrouw, [persoon A], die getrouwd was met een hoge functionaris in Iran. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris terecht had geconcludeerd dat het asielrelaas van eiser ongeloofwaardig was. Eiser had geen ondersteunende documenten overgelegd en zijn verklaringen over de relatie met [persoon A] waren vaag en tegenstrijdig. De rechtbank vond dat eiser niet aannemelijk had gemaakt dat hij vrees had voor vervolging bij terugkeer naar Iran. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser ongegrond en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gedaan en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen vier weken.