ECLI:NL:RBDHA:2017:1253

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 januari 2017
Publicatiedatum
14 februari 2017
Zaaknummer
C/09/17/26 F en C/09/521287 / FT RK 16/2361
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Faillissementsverklaring van Mothernature B.V. en de beoordeling van betalingsverplichtingen

Op 17 januari 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de faillissementszaak van Mothernature B.V., ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 63628309. De rechtbank heeft het verzoek tot faillietverklaring van Mothernature B.V. toegewezen, ingediend door Van der Windt Verpakking B.V. De rechtbank oordeelde dat Mothernature B.V. in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen, nu zij haar vorderingen en die van andere schuldeisers onbetaald laat. Tijdens de zitting heeft Mothernature B.V. de vordering van Van der Windt Verpakking B.V. gemotiveerd betwist, maar de rechtbank concludeerde dat de omstandigheden die tot de vertraging van de betaling hebben geleid voor het ondernemersrisico van Mothernature B.V. komen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er voldoende bewijs was van de betalingsonmacht van Mothernature B.V. en dat de vordering van Van der Windt Verpakking B.V. erkend was door Mothernature B.V. in een e-mail van 19 september 2016. De rechtbank heeft de faillissementsverklaring uitgesproken en benoemde mr. R. Cats tot rechter-commissaris en mr. J.H.M. van de Wiel als curator. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier R. Becker. Tegen deze uitspraak kan binnen acht dagen hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Den Haag.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK DEN HAAG

Team insolventies – enkelvoudige kamer
rekestnummer : C/09/521287 / FT RK 16/2361
insolventienummer: C/09/17/26 F
uitspraakdatum : 17 januari 2017
de besloten vennootschap VAN DER WINDT VERPAKKING B.V.,
verzoekster,
advocaat: mr. G. Janssen,
heeft een verzoekschrift met bijlagen ingediend strekkende tot faillietverklaring van:
de besloten vennootschap
MOTHERNATURE B.V.,
ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 63628309,
statutair gevestigd te 's-Gravenzande,
vestigingsadres: 2691 NN 's-Gravenzande, Staelduinlaan 5,
handelend onder de naam MOTHER NATURE,
verweerster.
Het verzoekschrift is op 13 december 2016 en 10 januari 2017 behandeld in raadkamer. Verweerster is daarbij verschenen, vertegenwoordigd door haar bestuurder J.A. Voogd.
Verzoekster heeft het faillissement van verweerster aangevraagd stellende dat verweerster verkeert in de toestand van te hebben opgehouden te betalen nu zij haar vordering en die van andere schuldeisers onbetaald laat.
Verweerster heeft de vordering van verzoekster gemotiveerd betwist. De rechtbank gaat hierop, voor zover van belang, nader in.
De rechtbank is, gelet op het bepaalde in artikel 3 lid 1 Verordening 1346/2000 van de Raad van de Europese Unie, bevoegd deze insolventieprocedure als hoofdprocedure te openen nu het centrum van voornaamste belangen van verweerster in Nederland ligt.
Op grond van het in raadkamer behandelde is de rechtbank summierlijk gebleken van het bestaan van feiten of omstandigheden die aantonen dat verweerster in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen en van het vorderingsrecht van verzoekster en dat van Tanco (steunvordering).
Ten aanzien van de vordering van verzoekster geldt dat verweerster die blijkens haar e-mail d.d.
19 september 2016 om 8:07 uur aan verzoekster heeft erkend. Daarin staat onder andere:
“[…] wij gaan dus wel betalen, dat dat duidelijk is, maar e.a. met ook betrekking tot, de betalingen van onze afnemers, dit duurt langer als verwacht […]”. Hetgeen verweerster heeft aangevoerd met betrekking tot de omstandigheden die tot de vertraging van de betaling hebben geleid, doet daar niet aan af. Die omstandigheden komen immers voor haar (ondernemers)risico. De verklaring ter zitting dat de leveringen van verzoekster te laat en/of niet-conform zijn geschied, maakt – voor zover dat al is komen vast te staan – nog niet dat geen sprake (meer) is van een overeenkomst tussen verzoekster en verweerster. Derhalve moet verweerster aan haar betalingsverplichting voldoen.
Verweerster heeft daarnaast ter zitting verklaard dat zij de (steun)vordering van Tanco B.V. van € 2.684,38 niet betwist. Het faillissement moet dan ook uitgesproken worden.

BESLISSING

De rechtbank:
- verklaart
MOTHERNATURE B.V., voornoemd, in staat van faillissement;
- verstaat dat deze insolventieprocedure een hoofdprocedure is als bedoeld in artikel 3 lid 1 Verordening 1346/2000 van de Raad van de Europese Unie;
- benoemt tot rechter-commissaris mr. R. Cats
en stelt aan als curator mr. J.H.M. van de Wiel,
advocaat te 's-Gravenhage;
- geeft last aan de curator tot het openen van aan gefailleerde gerichte brieven en telegrammen.
Gewezen door mr. M.M.F. Holtrop, rechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
17 januari 2017 om 10:00 uur, in tegenwoordigheid van R. Becker, griffier.
Tegen deze uitspraak kan degene die is verschenen en aan wie de Faillissementswet dat recht toekent, uitsluitend via een advocaat binnen acht dagen na de dag van deze uitspraak hoger beroep instellen bij een verzoekschrift, in te dienen ter griffie van het gerechtshof te Den Haag.
De behandelend juridisch medewerker is D.D. Vorst.