ECLI:NL:RBDHA:2017:10907
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Servische broers en zus wegens ongeloofwaardige identiteit en relaas
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 september 2017 uitspraak gedaan in de asielaanvragen van drie Servische broers en zussen. De aanvragen werden afgewezen door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, die de aanvragen als kennelijk ongegrond bestempelde. De eisers, die stelden dat hun vader hen had gewaarschuwd voor gevaar, konden geen geloofwaardige identiteit of herkomst aantonen. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de eisers over de brand in hun ouderlijk huis en hun vlucht naar Nederland niet consistent en onvoldoende onderbouwd waren. De eisers hadden geen identificerende documenten overgelegd en hun verklaringen over de brand en de omstandigheden waaronder zij Servië hadden verlaten, werden door de staatssecretaris en de rechtbank als ongeloofwaardig beschouwd. De rechtbank volgde het standpunt van de staatssecretaris dat de eisers niet aannemelijk hadden gemaakt dat zij bescherming nodig hadden en dat Servië als veilig land van herkomst kon worden aangemerkt. De rechtbank verklaarde de beroepen ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling.