Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Procesverloop en beoordeling pleidooiverzoek Dunea
- de dagvaarding van 15 juni 2016, met producties,
- de conclusie van antwoord, met producties;
- het tussenvonnis van 21 december 2016, waarbij een comparitie van partijen is bevolen;
- het proces-verbaal van de op 23 juni 2017 gehouden comparitie van partijen.
2.De feiten
.
3.Het geschil
4.De beoordeling
.Gelet hierop dient allereerst te worden beoordeeld of aan Dunea civielrechtelijke toestemming door NS/RIT is verleend voor de aanwezigheid van de BAL-1 in de gronden van NS/RIT, zoals ProRail/RIT stellen en Dunea betwist. De rechtbank overweegt als volgt.
alleop het moment van sluiten van de Regelingen aanwezige leidingen, als voor
alledaarna aan te leggen leidingen, mits daarvoor een publiekrechtelijke vergunning is verleend
.Gelet op die formulering zien beide Regelingen dus ook op de BAL-1. Dat partijen de bedoeling hadden dat de Algemene Regeling op
allehuidige en toekomstige leidingen zou zien blijkt ook uit de brief van NS aan Duinwaterbedrijf Zuid-Holland van (ongedateerd) december 1992. In deze brief wordt, onder meer, opgemerkt:
“De Algemene Regeling heeft tot voordeel dat de voor elk werk altijd afzonderlijke vereiste publiekrechtelijke vergunning niet meer telkenmale van een privaatrechtelijke regeling behoeft te worden voorzien, maar dat kan worden volstaan met deze éénmalig te treffen.”