ECLI:NL:RBDHA:2017:10410
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Roma-gezin uit Bosnië-Herzegovina als kennelijk ongegrond
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 12 september 2017 uitspraak gedaan in de asielaanvragen van een Roma-gezin uit Bosnië-Herzegovina. De aanvragen werden afgewezen als kennelijk ongegrond, omdat het gezin niet aannemelijk heeft gemaakt dat Bosnië-Herzegovina voor hen geen veilig land van herkomst is. De rechtbank oordeelde dat de identiteit, nationaliteit en herkomst van de eisers geloofwaardig zijn, maar dat de gestelde bedreigingen en mishandelingen niet voldoende zijn onderbouwd. De rechtbank volgde het standpunt van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie dat Bosnië-Herzegovina als veilig land van herkomst kan worden aangemerkt, ondanks de zorgen over de Roma-bevolking. De eisers, die onder andere stelden dat zij bedreigd werden door de moslimmaffia, konden hun claims niet voldoende onderbouwen met bewijs. De rechtbank concludeerde dat de asielaanvragen terecht als kennelijk ongegrond zijn afgewezen en dat de opgelegde inreisverboden voor twee jaar gerechtvaardigd zijn. De beroepen van de eisers werden ongegrond verklaard.