Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.Bewijsoverwegingen
.
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De strafoplegging
.Hij heeft zich eerst schuldig gemaakt aan poging tot doodslag van [slachtoffer] door haar met een mes in haar rug en in de nabijheid van haar oog te steken. Het slachtoffer heeft hierbij ernstig letsel opgelopen, waaronder het feit dat haar oog twee centimeter is teruggetrokken, zij met haar linkeroog nog maar voor 70 procent ziet en hierdoor een bril moet dragen. Door zijn handelen heeft verdachte op zeer ernstige wijze inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Het is een feit van algemene bekendheid dat slachtoffers van feiten als het onderhavige gedurende lange tijd negatieve psychische gevolgen daarvan kunnen ervaren. Uit het verhoor van aangeefster bij de politie en het schadeopgaveformulier blijkt ook dat het slachtoffer nog dagelijks last heeft van hetgeen is voorgevallen, zo heeft zij moeite met slapen. Ook zal zij gelet op het feit dat zij met haar linkeroog nog maar voor 70 procent ziet voor de rest van haar leven aan het voorval worden herinnerd. Verdachte heeft met zijn handelen geen oog gehad voor de eventuele psychische en lichamelijk schade die hij met zijn handelen bij [slachtoffer] kon veroorzaken.
7.De vordering van de benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
8.De toepasselijke wetsartikelen
9.De beslissing
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (DRIE) JAREN;
terbeschikkingstellingvan veroordeelde;
van overheidswege zal worden verpleegd;