ECLI:NL:RBDHA:2016:2876
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J. Ghrib
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete opgelegd aan een onderneming wegens overtredingen van de Arbeidsomstandighedenwet en het Arbeidsomstandighedenbesluit tijdens sloopwerkzaamheden
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 16 maart 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen [B.V. X], eiseres, en de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, verweerder. Eiseres kreeg een boete van € 42.300,- opgelegd vanwege acht overtredingen van de Arbeidsomstandighedenwet en het Arbeidsomstandighedenbesluit tijdens sloopwerkzaamheden aan tramstellen. De inspectie constateerde op 1 oktober 2014 dat er werkzaamheden werden verricht zonder de vereiste veiligheidsmaatregelen, waaronder het verwijderen van asbest zonder de juiste bescherming. Eiseres voerde aan dat de overtredingen haar niet verweten konden worden, omdat zij handelde op basis van informatie van de Haagse Tram Maatschappij (HTM) en dat de risicoaansprakelijkheid bij de HTM lag. De rechtbank oordeelde echter dat eiseres verantwoordelijk was voor de veiligheid van haar werknemers en dat de overtredingen aan haar konden worden toegerekend. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, omdat eiseres geen gronden had ingediend tegen de hoogte van de boete en het beleid van verweerder redelijk werd geacht. De rechtbank concludeerde dat er geen aanleiding was om de boete te matigen of niet op te leggen, en dat de boete evenredig was aan de overtredingen.