5.5.In de rapporten van 8 en 17 juli 2014 is door de ODWH vervolgens geconcludeerd dat voor zowel de situatie zonder als de situatie met serre de verwachting kan worden uitgesproken dat de niveaus in geluidsgevoelige ruimten van omliggende woningen niet boven de 23 dB(A) voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau en niet boven de 43 dB(A) voor het maximale geluidsniveau uitkomen. Beide niveaus liggen nog 2 dB(A) onder het niveau dat in het algemeen als aanvaardbaar wordt aangemerkt. De uitbreiding van het café met de serre levert voor dit aspect geen strijdigheid op met een goede ruimtelijke ordening, aldus de adviezen van 8 en 17 juli 2014 van ODWH.
6. De rechtbank ziet zich geplaatst voor de beantwoording van de vraag of verweerder bij de beoordeling of sprake is van een goede ruimtelijke ordening alle betrokken ruimtelijke relevante belangen op zorgvuldige wijze tegen elkaar heeft afgewogen.
7. Verweerder heeft gesteld dat stemgeluid voor terrassen van toetsing aan het Activiteitenbesluit is uitgesloten, aangezien de aanwezigheid van buiten rokende bezoekers van een horeca-inrichting een maatschappelijk gegeven is, zodat de daarbij optredende stemgeluidsniveaus voor lief moeten worden genomen, voor zover dit niet ontaardt in luid spreken of roepen in de (avond- en) nachtperiode. De stelling van verweerder dat stemgeluid voor terrassen van toetsing aan het Activiteitenbesluit per definitie is uitgesloten, onderschrijft de rechtbank niet. Uit de Nota van Toelichting op het Activiteitenbesluit (Stb. 2007, 415, blz. 205) komt immers naar voren dat in het geval een terras als een binnenterrein moet worden aangemerkt, stemgeluid van dat terras wel moet worden betrokken bij de toetsing aan de geluidsnormen van artikel 2.17 van het Activiteitenbesluit. Nu het hier niet een vergunning betreft als bedoeld in artikel 2.10, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, deelt de rechtbank niettemin verweerders standpunt dat toetsing aan het Activiteitenbesluit niet aan de orde is.
8. Dit laat onverlet dat in het kader van de vereiste belangenafweging alle geluidsproducerende activiteiten, zoals menselijk stemgeluid, uit een oogpunt van goede ruimtelijke ordening dienen te worden betrokken, omdat de te verwachten hinder van invloed is op het woon- en leefklimaat in de directe omgeving. Verweerder komt een zekere beoordelingsvrijheid toe bij de beoordeling van de aanvaardbaarheid van de geluidsbelasting vanwege de serre. De rechtbank dient de keuze van verweerder terughoudend te toetsen.
9. Zoals is overwogen onder 5.2., acht verweerder voor het langtijdgemiddeld binnengeluidsniveau voor geluidsvoelige ruimte van een woning en voor het maximale geluidsniveau onderscheidenlijk de norm 25 dB(A) en 45 dB(A) voor de nachtperiode die als maatgevend wordt beschouwd, aanvaardbaar.
10. Mede naar aanleiding van de door partijen (nader) overgelegde (geluids)rapporten heeft de rechtbank de StAB verzocht een onderzoek te verrichten naar de toename van het geluidsniveau vanwege pratende mensen op straat voor het café door de uitbreiding van de serre, in het bijzonder of er daardoor een verhoging van het geluidsniveau in de woning van eiser plaatsvindt en zo ja, in hoeverre.