ECLI:NL:RBDHA:2016:16759
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- J.A. van Steen
- K.M. Braun
- H.W. Vogels
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen kantonrechter in civiele procedure
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag op 18 juli 2016 een verzoek tot wraking afgewezen. Verzoekster, die betrokken was in een civiele procedure tegen de maatschap Maaldrink Vermeulen, verzocht om de zaak te verwijzen naar de rechtbank Amsterdam vanwege de betrokkenheid van haar ex-echtgenoot, die gehuwd is met een rechter van de rechtbank Den Haag. Verzoekster stelde dat deze rechter mogelijk invloed had op de procedure en dat zij geen vertrouwen had in de rechtbank Den Haag. De kantonrechter, mr. B.C. Vink, had eerder aangegeven het verzoek om verwijzing af te wijzen, wat leidde tot de wraking.
De wrakingskamer heeft de argumenten van verzoekster beoordeeld en geconcludeerd dat er geen grond was voor de wraking. De afwijzing van het verwijzingsverzoek werd als niet onbegrijpelijk beschouwd, aangezien de ex-echtgenoot en de betrokken rechter geen partij waren in de procedure. De wrakingskamer oordeelde dat de gestelde bemoeienis van de rechter niet voldoende onderbouwd was en dat de theoretische mogelijkheid van toegang tot dossiers geen reden voor wraking kon zijn. Ook het gebrek aan vertrouwen in de rechtbank Den Haag werd niet als voldoende grond voor wraking gezien.
Uiteindelijk heeft de wrakingskamer het verzoek tot wraking afgewezen en bepaald dat de hoofdzaak voortgezet kan worden in de stand waarin deze zich bevond ten tijde van het wrakingsverzoek. De beslissing is openbaar uitgesproken en de betrokken partijen zijn op de hoogte gesteld van de uitkomst.