Uitspraak
Beschikking op het op 20 januari 2016 ingekomen verzoekschrift van:
[verzoeker] ,
DE STAAT DER NEDERLANDEN,
Procedure
(zaaknummer C/09/503925) en de behandeling van het familierekest met zaaknummer C/09/509696. Hierbij zijn verschenen:
- mr. F.L.M. van Haren;
- mr. C.M. Meijer namens de IND.
- de brief met bijlagen d.d. 5 september 2016 van de zijde van verzoeker;
- de brief met bijlage d.d. 6 september 2016 van de zijde van verzoeker.
Feiten
- Verzoeker is geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Bangladesh) en woont sinds 7 juli 1988 in Nederland.
- Bij Koninklijk Besluit van [datum] is verzoeker genaturaliseerd tot Nederlander.
- Verzoeker is op 12 april 1995 te Kaapstad (Zuid-Afrika) gehuwd met mevrouw [de vrouw] . Dit huwelijk is op 9 oktober 2000 te Den Haag ontbonden door echtscheiding.
- Verzoeker is op 3 februari 1996 te Bangladesh gehuwd met mevrouw [de moeder] (de moeder).
- De minderjarige [de minderjarige] is op [geboortedatum] te [geboorteplaats] geboren uit de moeder.
- De moeder bezit de Bengaalse nationaliteit.
- [de minderjarige] is door de Nederlandse ambassadeur te Londen (Verenigd Koninkrijk) in het bezit gesteld van een Nederlands paspoort met een geldigheidsduur van 8 juni 2009 tot 8 juni 2014.
- Op 23 september 2014 heeft verzoeker namens [de minderjarige] een nieuw Nederlands paspoort aangevraagd.
- Bij besluit van 1 december 2014 is deze aanvraag buiten behandeling gesteld.
- Tegen dit besluit heeft verzoeker een bezwaarschrift ingediend bij de Minister van Buitenlandse Zaken. Bij beslissing op bezwaar d.d. 8 april 2015 is het bezwaar ongegrond verklaard.
- Tegen de beslissing op bezwaar heeft verzoeker beroep in gesteld bij de bestuursrechter van deze rechtbank. Bij uitspraak d.d. 29 oktober 2015 is het beroep van verzoeker ongegrond verklaard.
- Op 15 december 2015 heeft verzoeker hoger beroep aangetekend tegen deze uitspraak bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Op dit hoger beroep is nog niet beslist.