Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het verweer
5.De beoordeling
Stcrt.2015/12685) zijn nadere regels gesteld (hierna: de Ontslagregeling).
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 24 november 2016 uitspraak gedaan in het verzoek van ANWB B.V. tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met een werknemer, aangeduid als [verweerder]. ANWB heeft verzocht om de arbeidsovereenkomst te ontbinden op grond van artikel 7:671b lid 1, onderdeel b, van het Burgerlijk Wetboek, in combinatie met artikel 7:669 lid 3, onderdeel a BW, vanwege bedrijfseconomische omstandigheden die het verval van de functie van [verweerder] rechtvaardigen. De werknemer was sinds [1980] in dienst bij ANWB en had de functie van [functie] met een dienstverband van 0,84 FTE. ANWB voerde aan dat de reorganisatie van het onderdeel Media noodzakelijk was door een structurele terugloop in de omzet, wat leidde tot het verval van de functie van [verweerder]. De kantonrechter heeft vastgesteld dat ANWB voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de reorganisatie noodzakelijk was en dat er geen herplaatsingsmogelijkheden voor [verweerder] waren. De kantonrechter heeft het verzoek van ANWB toegewezen en de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 1 februari 2017. Tevens is verklaard dat [verweerder] niet in aanmerking komt voor een beëindigingsvergoeding op basis van het sociaal plan, omdat er geen vaststellingsovereenkomst was gesloten. De proceskosten zijn voor iedere partij.