Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.Relevante wet- en regelgeving
- artikel 12:1, tweede lid, bepaalt dat er een commissie is voor georganiseerd overleg (hierna: ‘de commissie GO’), die is samengesteld uit een vertegenwoordiging van het gemeentebestuur en een vertegenwoordiging van de toegelaten organisaties;
- artikel 12:2, eerste lid, bepaalt dat deze commissie overleg voert over alle aangelegenheden van algemeen belang voor de rechtstoestand van de ambtenaren, met inbegrip van de algemene regels volgens welke het personeelsbeleid zal worden gevoerd;
- artikel 12:2, tweede lid, bepaalt dat nadere regels worden gesteld over de werkwijze van de commissie GO en artikel 12:2, derde lid, bepaalt dat deze nadere regels moeten voorschrijven hoe moet worden gehandeld indien een geschil binnen de commissie GO niet tot overeenstemming leidt.
- artikel 12:2:2, eerste lid, bepaalt dat onder aangelegenheden van algemeen belang voor de rechtstoestand van ambtenaren als bedoeld in artikel 12:2 CAR worden verstaan a) de primaire arbeidsvoorwaarden in de UR, NUR en BR, b) alle overige rechtspositieregelingen waaraan individuele ambtenaren rechten kunnen ontlenen en waaruit voor hen verplichtingen voortvloeien en c) algemene regels, die door het gemeentebestuur zullen worden gehanteerd wanneer wordt overwogen dan wel wordt overgegaan tot wijziging van de organisatie;
- artikel 12:2:2, tweede lid, bepaalt dat besluiten betreffende de in het eerste lid bedoelde aangelegenheden door het College van Burgemeester en Wethouders (hierna: ‘het College’) en de gemeenteraad niet worden genomen dan na behandeling van ontwerpbesluiten respectievelijk voorstellen daartoe in de commissie GO;
- artikel 12.2:2a bepaalt dat onverminderd het bepaalde in artikel 12:2:2 het College overleg voert in de commissie GO over organisatiewijzigingen, die voor één of meer ambtenaren leiden tot een beëindiging van het dienstverband met de Gemeente en die overgaan naar een ander regime van arbeidsvoorwaarden (privatiseringsoperaties of andere reorganisaties die ertoe leiden dat het dienstverband wordt verbroken);
- artikel 12:2:10 bepaalt dat de commissie GO bevoegd is voorstellen te doen aan het College betreffende onderwerpen die tot haar werkkring behoren;
- artikel 12:2:14, eerste lid, bepaalt dat wanneer in de vergadering van de commissie GO over een voorstel moet worden gestemd, elk der groepen één stem uitbrengt;
- artikel 12:2:14, vierde lid, bepaalt dat wanneer over enig voorstel geen overeenstemming tussen de genoemde groepen wordt bereikt, de commissie GO volstaat met de vermelding hiervan aan het College, onder vermelding van de stemverhouding bij de beide groepen, desverlangd met toelichting van de wederzijdse standpunten;
- artikel 12:2:19 bepaalt dat de UR/NUR niet kan worden gewijzigd dan nadat het voorstel tot wijziging in de commissie GO is behandeld, waarbij de commissie GO het recht heeft zelf wijzigingen voor te stellen aan het College.
3.De feiten
4.Het geschil
- de lokale overlegverordening te schorsen c.q. buiten werking te stellen vanwege het niet voldoen aan artikel 125, eerste lid, sub m, juncto het tweede lid van dit artikel van de Ambtenarenwet en artikel 12:2 van de CAR;
- de Gemeente op te dragen geen Sociaal Plan in verband met een privatiseringsbesluit vast te stellen zonder dat daarover overeenstemming met de vakorganisaties is bereikt, zolang er nog geen overeenstemming is bereikt over de wijze waarop de lokale overlegverordening moet worden aangepast;