Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] ,
de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
Procesverloop
Overwegingen
evidentmeerderjarig is, gedragen kan worden door de bevindingen zoals vermeld in het proces-verbaal. De rechtbank kan eiser volgen in het standpunt dat de kenmerken in het proces-verbaal worden genoemd, namelijk een teruggetrokken haargrens, de zichtbare adamsappel en “werkhanden”, op zichzelf niet de conclusie kunnen dragen dat eiser evident meerderjarig is. Deze conclusie is kennelijk gebaseerd op de veronderstelling dat de waargenomen kenmerken uitsluitend bij personen kunnen voorkomen die ouder zijn dan 18 jaar, hetgeen op geen enkele wijze is onderbouwd met objectieve en verifieerbare gegevens. Overigens heeft de rechtbank ter zitting een teruggetrokken haargrens bij eiser niet kunnen vaststellen. Ter zitting heeft verweerder verklaard dat de tijdens de schouw bij eiser geconstateerde gedragingen, namelijk een ongeïnteresseerde houding, het veel in elkaar zitten, steeds schuin naar boven kijken en telkens het in de scheidingswand van het bureau willen bijten, niet zijn meegenomen bij de conclusie ‘evident meerderjarig’. Wat daar ook van zij, deze gedragingen zijn op zichzelf onvoldoende om de conclusie dat eiser
evidentmeerderjarig is te ondersteunen, omdat uit die gedragingen niet zonder meer volgt dat eiser in Nederland heeft gelogen over zijn leeftijd. Overigens heeft eiser ter zitting stellig ontkend dat hij tijdens de schouw telkens in de scheidingswand van het bureau wilde bijten.
“maar ik ben gestuurd door meneer [naam 1] . Toen heb ik hem gevolgd en gingen wij naar achteren en toen stond mijn vriend naast de taxi te wachten”. Eiser verwijst verder naar pagina 13 nader gehoor, de reactie van de oom en op zijn verklaring
“en als hij zou weten wie mij had geholpen”. Verder verwijst eiser naar zijn verklaring op pagina 23 nader gehoor
“de bewaker, hij kwam in opdracht van meneer [naam 1] ”Nu uit deze verklaringen blijkt dat er geen sprake was van een reguliere vrijlating, is er ook logischerwijs geen meldplicht.
Beslissing
verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen op de aanvraag van eiser
met inachtneming van deze uitspraak; - veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op € 992,- te
betalen;
betalen.