Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 juni 2016 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)
Procesverloop
Overwegingen
Het psychologisch onderzoek door mw van Heck 2010 in het kader aanvraag WSW-indicatie laat zien dat haar onderzoek zich beperkt tot het noteren van zijn klachten, zonder eigen bevindingen of informatie van derden. In het licht van duur uit arbeidsritme wordt een urenbeperking geduid, te beginnen met halve dagen. Verder wordt een FML aangegeven zonder verdere medische onderbouwing. Nadien is Bh niet meer gezien door arts en/of psycholoog bij de herindicatie in 2012 en jan ’16.”. In wat eiser in beroep heeft aangevoerd ziet de rechtbank geen reden voor twijfel aan de deugdelijkheid van het verzekeringsgeneeskundig oordeel van de verzekeringsarts b&b. De rechtbank acht in dit verband van belang dat de WSW-beoordeling heeft plaatsgevonden in een ander kader en met andere beoordelingscriteria dan de beoordeling die in onderhavige zaak in het kader van de Wet WIA moet worden gemaakt.