Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 augustus 2015 uitspraak gedaan in een procedure betreffende een asielaanvraag van eiseres, die niet in behandeling is genomen door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie. De staatssecretaris heeft zich beroepen op de Dublinverordening, waarbij Frankrijk verantwoordelijk wordt geacht voor de behandeling van de asielaanvraag, aangezien eiseres gebruik heeft gemaakt van een door Frankrijk afgegeven visum. Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening om uitzetting te voorkomen totdat het beroep is behandeld.
Tijdens de zitting op 13 augustus 2015 is eiseres, ondanks bericht van verhindering, niet verschenen, terwijl de staatssecretaris zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De voorzieningenrechter heeft na afloop van het onderzoek ter zitting onmiddellijk mondeling uitspraak gedaan. De rechtbank oordeelde dat de gewijzigde Vreemdelingenwet 2000 van toepassing is, aangezien het bestreden besluit na 20 juli 2015 is genomen.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de Franse autoriteiten verantwoordelijk zijn voor de asielaanvraag van eiseres en dat de staatssecretaris niet verplicht was om de aanvraag aan zich te trekken op basis van de door eiseres aangevoerde omstandigheden, waaronder haar status als slachtoffer van mensenhandel. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.