ECLI:NL:RBDHA:2015:4564
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Toewijzing wrakingsverzoek tegen rechter in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag op 3 april 2015 een wrakingsverzoek toegewezen dat was ingediend door verzoeker, vertegenwoordigd door mr. B. Benard, tegen mr. J.J.P. Bosman, de rechter die de hoofdzaak behandelde. De wraking was gebaseerd op de indruk van partijdigheid die was ontstaan tijdens de mondelinge behandeling op 3 maart 2015. Verzoeker had de burgemeester van Den Haag, vertegenwoordigd door mr. S. Buvelot en J. Verweij, aangeklaagd wegens overlast van een horecagelegenheid. Tijdens de zitting had verzoeker de rechter gewraakt, omdat hij vond dat de rechter onvoldoende afstand nam van het standpunt van de burgemeester en een retorische vraag had gesteld die volgens verzoeker blijk gaf van partijdigheid.
De wrakingskamer heeft de argumenten van verzoeker en de rechter beoordeeld. De rechter had tijdens de zitting opmerkingen gemaakt die de indruk wekten dat zij niet onbevangen was, zoals het gebruik van het woord 'zonde' in plaats van 'jammer' en het stellen van een retorische vraag over de tien-dagentermijn van de Algemene wet bestuursrecht. De wrakingskamer concludeerde dat deze uitlatingen de schijn van vooringenomenheid wekten, wat in strijd is met het vereiste van onpartijdigheid zoals vastgelegd in artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens.
De beslissing van de wrakingskamer was om het wrakingsverzoek toe te wijzen, wat betekent dat mr. J.J.P. Bosman niet langer de zaak zal behandelen. Het onderzoek in de hoofdzaak wordt geschorst en zal worden hervat door een andere rechter. De beslissing is openbaar uitgesproken en de betrokken partijen zijn op de hoogte gesteld van deze uitspraak.