ECLI:NL:RBDHA:2015:15659
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een wrakingsverzoek tegen een kantonrechter in een strafzaak
In deze zaak heeft de wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag op 5 oktober 2015 een verzoek tot wraking toegewezen. Het verzoeker, die in een strafzaak betrokken was, had op 22 november 2012 verzet aangetekend tegen een strafbeschikking wegens overtreding van de Wet Openbare Manifestaties. Tijdens de behandeling van het verzet op 29 juni 2015 heeft verzoeker de kantonrechter, mr. Y.E. Kastein, mondeling gewraakt. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat er een schijn van vooringenomenheid was ontstaan, omdat de opgeroepen getuige, verbalisant [verbalisant], de zittingszaal had betreden en weer had verlaten zonder dat verzoeker de kans had gekregen om hem te ondervragen. Dit gebeurde terwijl zowel de kantonrechter als de officier van justitie, mr. L.S. van Haeringen, aanwezig waren. De wrakingskamer oordeelde dat de kantonrechter verantwoordelijk was voor het voorkomen van deze situatie en dat de indruk was gewekt dat er buiten verzoeker om beslissingen waren genomen over het horen van de getuige. Hierdoor werd het verzoek tot wraking gegrond verklaard, en de behandeling van de hoofdzaak zal voortgezet worden door een andere kantonrechter.