Op 23 december 2015 heeft de Rechtbank Den Haag een vonnis gewezen in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap ICE WORLD INTERNATIONAL B.V. en de gedaagden, die niet verschenen zijn. De eiseres, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.A. Mak, vorderde onder andere een verbod op inbreuken op haar Gemeenschapsmodel en Gemeenschapsmerk met betrekking tot de schaatshulp Bobby. De rechtbank heeft vastgesteld dat zij bevoegd is om kennis te nemen van de vorderingen, omdat het schadebrengende feit zich in Nederland heeft voorgedaan. De rechtbank heeft de vorderingen van eiseres toegewezen, met uitzondering van de vorderingen die betrekking hebben op handelingen buiten Nederland. De gedaagden zijn geboden om binnen twee werkdagen na betekening van het vonnis iedere inbreuk op de intellectuele eigendomsrechten van eiseres in Nederland te staken en gestaakt te houden. Tevens zijn de gedaagden veroordeeld tot betaling van een dwangsom voor iedere dag dat zij in strijd handelen met de geboden. De proceskosten zijn aan de zijde van eiseres toegewezen, tot op heden begroot op € 1.539,84. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, met uitzondering van het bepaalde over de bevoegdheid.