ECLI:NL:RBDHA:2015:14567
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de bewaring van een paspoort in het kader van uitzetting en rechtmatig verblijf
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 22 september 2015 uitspraak gedaan in een beroep van eiser tegen het besluit van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, waarbij het bezwaar van eiser tegen de bewaring van zijn paspoort ongegrond is verklaard. Eiser, die rechtmatig verblijf in Nederland geniet, betoogde dat zijn paspoort ten onrechte in bewaring is genomen, omdat hij de beslissing op zijn bezwaarschrift tegen een eerder besluit van 15 december 2014 in Nederland mag afwachten. De rechtbank oordeelde dat het bezwaar van eiser tegen het besluit van 15 december 2014 de rechtsgevolgen van dat besluit, waaronder de uitzetting, tijdelijk opschort. Dit betekent echter niet dat eiser recht heeft op teruggave van zijn paspoort, aangezien hij niet heeft aangegeven Nederland te willen verlaten. De rechtbank concludeerde dat de uitzetting van eiser voldoende concreet is en dat er geen omstandigheden zijn die het belang van eiser om zijn paspoort te gebruiken boven het belang van de staatssecretaris bij de voorgenomen uitzetting doen prevaleren. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees de teruggave van het paspoort af.